Tekstweergave van NL-HtBHIC_7128_171_0001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
N„o 12. Capedie Vda. Boedelscheiding Voor ons Wilhelmus Wolterus Van der Meulen, openbaar notaris Residerende te Reek kanton grave, Arrondissement S' Hertogenbosch Provincie Noord Braband behoorlijk gepatenteerd, zijn gecompareerd: 1„o Regina van den Berg voor zoo veel nodig geadsisteerd, en geäu„ thorijeerd door hare rheman Arnoldus van Driel Bouman; 2.o An drie van den Berg ongehuwd meerderjarig Bouman, I„o Lambertus van den Berg meerderjarig ongehuwd Bouman alle wonende te uden, kanton grave. welke te kennen gegeven hebben, dat zij begerig zijnde, om over te gaan, tot Verdeling der onroerende goederen, welke wijlen hunne Moeije Anna Peters van den Berg ongehuwd zonder Beroep overleden te rden in den jare achtien honderd En agte; hun bij derde gedeeltens heeft gelegateerd, bij deszelfs testament verleden op den Zeventiende Mai, agtien honderd en agt, voor den Here Hendricus Scheij gepatenteerd Koninklijk Notaris residerende te rden, en getuigen gemeld. bestaande in Een Perceel Hooijland, gelegen op den gemenen Waard onder Oijen, Kanton Raverstein, groot ongeveer tween Veertig Roeden. Zeven en Vijftig Ellen agt en tachtig Palm, Salende Ene zijde Joannes Berbers Cum Cuis, d’andere zijde Cobus Bevers onder geErfd, bezwaard met verponding als Rechtens, geschat op twee honderd zeven guldens . ƒ 20:7=„ De Deelbare Massa, aandeel, of Lot aldus gevormd zijnde, zijn Partijen onderlings Een geworden, dat het te in zijn geheel zal worden toegerekend aan Lambertus van den Berg gemeld: = En vermits de deelbare Massa bedraagd twee honderd Zeven guldens, zoo als gezegd; daar volgens die Berekening elk der comparanten had moeten hebben, Een Aandeel, Lot, ten bedrage van Negen en sestig guldens. dat Echter de twee Eerste condividenten gene goederen tot zodanige som hebben bekomen. zoo is onderlings bepaald en goedgevonden; Dat Lambertus Van den Berg dadelijk naar het asseven dezer akte, in contanten zal uitbetalen, de hun hiervoor ieder, aanbedeelde, en bepaalde sommen respectivelijk ad Negen en Sestig gulden genoemd. En zal den derde condivident naar zijn welgevallen over het hem aanbedeelde Perceel kunnen beschikken en het genot daarvan hebben, mits te rekenen van Primo Januarij Iongstleden de belastingen daarvan betalende. verklarende Eindelijk condividenten met het Zauraat, en de hen ten deel gevallene som. perceel land, ieder genoegen te nemen. En hebben Partijen condividenten Elkanderen onderlings en den derde condivident hoofdzakelijk t