Tekstweergave van NL-HtBHIC_7128_213_0163

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
1 N=o 61. Den Veertienden April 1821 een Cent lotre ten behorve een Credetiien afdege Vander deasen not G 1821 ompareerde voor ons Andries Ioseph van der Marck Openbaar Notaris residerende te Grave, Hoofd plaats van het Kanton Provincie Noord Braband, thans nog resforterende onder de Regtbank van Eersten aanlegte Nijmegen Provintie Gelderland„ Jan Bruijsten, zonder beroep woonachtig binnen deze stad Dewelke verklaarde wel en deugdelijk schuldig te zin aan en ten behoeve van Johanna Elisabeth van Geffen, wollen aaister mede te Grave woonachtig hier present wegens van haar ter leen ontvangene Gelden, de summa van Vier„ Honderd Gulden, Nederlandsch Courant, het welk door haar is geaccepteerd geworden. En verklaarde Comparant debiteur gezegde summa van Vier Honderd Gulden, te zullen opleggen en te betalen op den Eersten April, des aanstaanden Jaars Achttien honderd twee en twintig, mits de Creditrice drie Maanden bevorens de Comparant debiteur behoorlijk waarschuwe, en welke waarschuwing Compa rant debiteur zich verbindt insgelijks aan Creditrice te doen, ingeval dezelve de Aflossing, zonder daar toe door Cre„ ditrice aangemaand te zijn, zoude willen effectueren; - zullen de bij aldien deze Opzegging of waarschuwing, noch van de eene noch van de andere zijde mogte geschieden, de gemelde summa van Vier Honderd Gulden, op den Eersten April van ieder volgend Jaar, behoudens gezegde termijn van waar schuwing door de Creditrice kunnen gevorderd en door debiteur afgelost mogen worden; En zal de betaling als dan moeten geschieden aan handen en ten huize van de Creditrice of den houder der Grosse dezer van behoorlijke volmagt voorzien, in goede gangbare Goude of Zilvere spetien, volgens den Cours van heden„ en op geene andere wijze, zelfs alware die bij en achtervolgens wet. ten of Besluiten der Competente Authoriteiten toegestaan ge„ Worden als van welk beneficie Comparant debiteur wel expres selijk is renuntierende bij deze En heeft Comparant debiteur zich wijders verbonden om van gemelde summa van Vier Honderd Gulden, in de spetie als boven gemeld, Interessen te betalen ten montante van Vijf pro Cent Jaar lijks, te rekenen van den Eersten dezer Maand April, welke betaling