Tekstweergave van KKO7536-444-003
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
OSS
doet
weer
van
zich
spreken
nyrEN
spreekt
weer
over
Oss.
Dat
is
betreu-
renswaardig,
want
zoo
er
een
plaats
is,
die
de
publieke
opiiiie
niet
meer
moet
prikke-
len,
dan
is
het
wel
deze
Brabantsche
stad.
Wie
den
naam
Oss
hoort
denkt
nog
steeds
aan
mis-
daad.
Oss
was
een
zwarte
vlek
op
onze
kaart;
er
heerschten
daar
tbestanden,
die
wij,
geliUc-
kig,
tot
dusverre
in
ons
land
niet
kenden.
Na
het
opruimingswerk,
door
de
Kon.
Marechaus-
see
vervuld,
Iiad
men
mogen
verwachten,
dat
er
een
periode
van
rust
zou
aantoreken,
waar-
■in
de
overheid
opbouwend
werk
kon
verrich-
ten,
want
een
herhaling
van
het
O.ssche
drama
moet
ons
bespaard
blijven.
Er
heerscht
in
Oss
echter
reeds
weer
on-
rust.
Ditinaal
om
het
ontwikkellngswerk
van
jeugdige
werkloozen.
Een
nitermate
belang-
ri,)k
werk,
juist
in
Oss.
Want
in
dit
milieu
zijn
jeugd
en
werkloosheid
de
twee
groote
poorten,
waardoor
de
niisdaad
binnengaat.
Evenwel,
deze
ontwikkelingsarbeid
heeft
de
jongens
eerder
verbitterd
dan
ontwikkeld.
Beschuldigingen
over
en
weer,
tegen
elkaar,
tegen
de
leiders,
tegen
de
leiding.
Wij
willen
niet
ingaan
op
de
vraag
of
er
strafbare
feiten
zijn
gepleegd.
Het
is
de
taak
van
de
justitie
dit
te
onderzoeken
en
na
te
gaan,
of
de
twee
leiders
van
het
werkioozen-
werk
te
recht
of
ten
onrechte
zijn
gearresteerd.
Wij
roeren
deze
zaak
slechts
aan
omdat.'
na
een
onderzoek
ter
plaatse,
bij
ons
ern-
stige
twijfel
gerezen
is
aan
de
juistheid
van
het
beleid
der
plaatselijke
overheid.
Verbijsterende
onkunde.
Zooveel
waardeering
wij
in
de
dagen
van
de
zuivering
van
Oss
hadden
voor
de
marechaus-
aee,
zoo
weinig
waardeering
hadden
wii
voor
het
optreden
van
den
burgemeester,
den
heer
Ploegmakers.
Het
gaf
reeds
te
denken
dat
niet
liij,
doch
de'
Nederlandsche
dagblad-
pers
den
stoot
moest
geven
tot
het
aanpakken
van
de
wantoestanden.
Even
yoordat
tientallen
Ossenaren
tot
zware
gevangenisstraffen
wer-
den
veroordeeld,
even
voordat
Nederland
op-
Schrok
van
de
bekentenissen
van
gruweldaad
na
gruweldaad,
verklaarde
de
heer
Ploegma
kers
kalmweg
de
bijzondere
criminaliteit
in
Oss
voor
een
verzinsel
van
de
pers
te
houden.'
Verbijsterende
onkunde
over
wat
in
eigen
ge-
meente
woelt
en
broeit.
Terwijl
ervaren
crimi-
nalisten
en
sociologen
het
Ossche
probleem
be-
studeerden,
zag
de
burgemeester
het
nog
niet
eens!
Geen
wonder
dat
niet
hij.
aan
het
hoofd
van
zijn
mannen,
schoonschip
kon
maken,
doch
dat
het
de
versterkte
brigade
Qss
van
de
Kon.
•Marechaussee
was.
die
dit
moest
doen.
Het
Averd
hoog
tijd,
want
kwaad
werkt
als
een
dlievlek
;,in
helder
water.
Geen
opbouwende
factoren.
Wie
meent,
dat
door
de
gevelde
vonnissen
a
11
e
e
n
de
naam
Oss
uit
de
annalen
v&n
de
misdaad
zou
worden
geschrapt,
miskent
de-
men-
schelijke
natuur.
Er
zijn
hier
zooveel
factoren
bij
elkaar:
milieu,
overerving,
traditie
zelfs,
dat
men
met
straffen
alleen
het
kwaad
niet
uit-
roeit.
De
tijd
stormt
voorbij:
twintig
der
toen
veroordeelden
zijn
weer
op
vrije
voeten.
Er
groeit
een
jeugd
op,
helaas
yoor
een
groot
deel
in
werkloosheid.
Deze
jeugd
rhoet
men
behoe-
den
en
ziedaar
de
taak
bij
uitnemendheid
voor
de
plaatselijke
overheid
en
voor
den
burgemees
ter
in
het
bijzonder.
De
beste
leiding
voor
hpt
werk
om
Oss
op
een
hooger
plan
te
brengen
is
nauwelijks
goed
genoeg.
Er
moet
een
burgervader
5;ijn,
die
er
zijn
hart
en
zijn
ziel
aan
geeft;
een
man
met
een
diep
verantwoordelijkheidsbesef,
die
het
Os
sche
probleem
durft
aan
te
pakken.
Want
geen
vonnis
heeft
dit
probleem'
weggevaagd.
Er
moet
een
overheid
zijn,
die
het
goede
vporbeeld
geeft.
Ontbreken
deze
opbouwen
de
factoren
dan
zal
men
eerlang
in
Oss
het
kwaad
weer
den
kop
zien
opsteken.
Deze
opbouwende
factoren
ontbreken.
Wat
moet
men
denken
van
een
bm-g®Tieester
van
Oss,
die
naast
deze
zware
taak
nog
rustig
het
ambt
van
rijksinspecteur
van
de
werkverschaf-
fing
vervult.
In
het
algemeen
achten
wij
cu-
mulatie
reeds
uit
den
booze,
maar
zeker
deze
cumulatie.
Zoo
er
een
burgemeester
is,
van
wien
men
mag
verlang^n,
dat-hij
zich
geheel
aan
zijn
taak
wijdt,
-dan
is
het
wel
de
burger
vader
van
deze
gemeente.
Voor
zulk
werk
is
althansseenig
idealisme
noodig.
Pijnlijk
is
het
daarom
te
vermelden,
dat
burgemeester
Ploeg
makers
aan
beide
functies
nog
niet
genoeg
heeft.
•
.•
■
Dat
hij
een
deel
van
zi,jn
hnis
als
kantoor
van
de
werkvcrschaffing
aan
het
Rijk
heeft
verhuurd;
dat
eon
zijner
kinderen
by
hem
thuis
als
rijksambtenaar
op
dat
bureau
werkt;
dat
hij
zelf
nog
een
verantwoordelijke
be-
stuiirsfunctie
in
een
groot
waterschap
be-
,
kleedt.
Dit
is
alles
ver
van
de
bezieiing,
die
de
Ossche
burgemeester
voor
alles
noodig
heeft.
Dit
is
een
streven
om
zooveel
mogelijk
inkomsten
te
trekken
—
meer.
niet.
Te
weinig
leiding.
XJtJ
wil
het
ongeluk,
dat
in
de
gemeente,
N
■
waar
de
heer
Ploegmakers
burgemeester
is.
juist
bij
de
werkverschaffing,
waarbij
de
heer
Ploegmakers
rijksinspecteur
is,
vreemde
dingen
gebeuren.
Wij
gelooven
niet,
dat
de
burgemeester
of
de
comiteieden
zich
aan
straf
bare
handelingen
heljben
schuldig
gemaakt
of
te
kwader
trouw
handelden.
Maar
er
ging
te
weinig
leiding
van
hen
uit
—
zij
gaven
zich
niet
aan
het
werk,
zij
lieten
het
aan
anderen
over.
WJij
zijn
voorstanders
van
het
beglnsel
der
conh-aprestatie,
doch
alleen
Indien
de
con-
traprestatie
aan
het
algemeen
ten
goede
komt,
en
niet
aan
bijzondere
persorien,
ook
al
be-
talen
dezen-er
voor.
Op
die
wijze
zet
men
de
deur
wagenwijd
voor
allerlei
misbruiken
open.
(Zie
vefder
Laatste
Nieuws.)
OSS
DOET
WEER
YAN
ZICH
SPREKEN.
ur
..
fVervoig
van
pagina
1)
is
niet
de
een
gVmaatlS®'^,''^"-
^mo^ingen
vaf
de
leSvrn^r.'JerTLl^.
noti
nicest
worden
onts]agen\ij®kort^^a'"^^"
functie
kreeir
hii
I,
,r
.
daarna
een
burgemeeste?
-
^aferschap,
waarin
de
te
Sdf'en
dat
afT"
^et
aan
J
1
''"isemeester
weigeit
te
leggen
ov^er
^®*f.®*''^®""*^ntsrapport
over
gHHErSS-i
gezondmaking
ontbreken.
IS
nog
een
Oss'
probleem.
Het
is
het
Dro-^
bleem
hoe
de
opgroeiende
jeugd
verre
van
r'e
krachtige,
doelbewuste
lei-
ote?
n
Het
feit,
dat
er
in
en
over
Oss
weer
onrust
herscht,
toont
aan
dat
?
heeft.
Het
gezag
mik
er
mn«-hjke
kracht
en
innerlijke
zekerheid.
■
ruf;
tVf
®
Soed.
Wordt
er
hier
Rrii
'^^'^S^Srepen,
dan
zal
de
naam
van
ten
n
dikwijls
in
de
kran-
ten
prijken
op
die
plaats,
waar
men
er
ee-
wend
is
miscladen
te
vermelden.