Tekstweergave van KKO7536-448-191
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Z3-/t-
/
^
Het
wachten
is
op
i
de
nota
^'P
16
Juli,
ruim
vijf
maanden
geleden,
deed
"
het
Ambtenarengerecht
te
Den
Haag
uit-
(spraaik
inzake
het
geschil
tussohen
de
leden
der
voormaliige
marechaussee-'brigade
te
OiS's
en
den
minister
van
Justitie,
die
hun
tijdelijk
Ihun
opsporingsibevoegdlheid
had
ontnoimen
en
flien
deed
overplaatsen.
De
taalk
van
het
Amb-
rtienarenigereoht
was
om
de
formeele
r
e
c
h
t-
m
a
t
i
g
h
e
i
d
dezer
maatreigelen
te
be(X)rdee-
len,
niet
hun
d
o
e
1
m
a
t
i
g
h
e
i
d
of
de
juist-
Iheid
van
het
b
e
1
e
i
d
van
den
minister
in
dit
geval.
Nadrukkelijk
werd
destijds
in
de
uit-
spraak
vastgesteld,
dat
„de
bij
de
behandeling
iter
gerechtsEitting
geopperde
vraag
of
te
dezen
ten
aanzien
van
de
Ossehe
brigade
ook
met
a
n
d
e
r
e
*)
maatregelen
dan
dien
welken
ver-
weerder
(de
minister
van
Justitie)
heeft
ge-
troffen,
had
kurmen
zijn
opgetreden,
als
een
ivraag
van
doeJmatiigheid
niet
ter
beoordPeling
van
dit.
gereoht
sitaat".
Het
Haagsche
Ambtenarengerecht
had
trou-
jwens
in
een
andere
passage
al
gezegd,
dat
„zonder
af
te
dalen
in
een
gedetailleerde
be-
oordeeling
van
het
optreden
der
Ossehe
bri
gade.
..
waaromtrent
op
verschil-
J«nde
punten
een
uiteenloopende
^ppreciatie
mogelijk
is*),
het
ge-
^echt
als
zijn
overtulglng
uitspreekt,
dat
in
bepaalde
opzichten
de
betrokken
briigade-leden
kennelijk
zijn
tekort
geschoten
in
het
voor
opsporinigisambtenaren
vereischte
Inzicht
en
beleid".
Hier
is
dus
ruimte
gelaiten
voor'de
vraag
of
de
minister,
wanneer
hij
corrigeerend
had
wlllen
optreden,
niet
a
n
d
e
r
s
en
weliioht
tactvoller
te
werk
had
kunnen
gaan
te^enover
een
brigade,
die
te
voren
voor
uiterst
moeUijk
werk
tegen
Toon
de
Soep
en
zijn
kor-
nuiten
die
het
Zuiden
onveilig
maakten,
koninklijk
was
ondersoheiden,
en
die
veelaJ
op
zeer
ruig
terrein.
moest
opereeren.
Deze
vraajg,
waaromheen
destijds
In
den
lande
heviige
stormen
in
de
pulblieke
opmle
zijn
opgewaald,
kon
ook
de
Centrale
Raad
van
Be-
roep
te
Utrecht,
die
gisteren
de
uitspraak
van
het
Haagache
Ambtenarengerecht
over
de
rechtmatigheid
in
hoogere
Instantie
bevestigde,
niet
beantwoordien,
omdat
zij
er
een
is
van
doelmatigiheld
en
algemeen
beleid.
Dat
ds
een
zaak
die
de
volksvertegenwoordiging
regar-
deert.
En
d
S.
r
is
heit
laatste
woord
over
deze
kwestie
dan
ook
nog
niet
gesproken.
De
mi
nister
heeflt
trouwens
nog
een
nadere
nota
over
zijn
standpunt
aan
het
parlement
toege-
zegd.
De
Centrale
Raad
herhaalt
een
uitdrukkimg
die
ook
bij
de
behandeling
voor
het
Ambtena
rengerecht
te
Den
Haag
gehoord
is.
De
Raad
neemt
aan,
dat
de
minister
zich
heeft
laten
leiden
door
de
overweging,
dat
de
me
n
t
all-
t
e
11
van
de
leden
der
brigade-Oss
niet
deug-
de
en
emstige
correctie
noodig
had.
Maar,
zoo-
als
wij
destijds
schreven,
wle
met
dte
collec-
tieve
mentaliteit
der
brigade
gaat
rekenen,
dlent
ook
de
mentaliteit
in
aanimerking
te
nemen
van
het
milieu
waarin
en
waarmede
deze
brigade
dagelijks
moest
werken.
En
deze
mentaliteit
liet
bij
de
gemeentelijke
politie
te
Oss,
die
in
groeiend
antagonisme
tegenover
de
marechaussee
stond,
en
bij
som-
mige
jusititieele
arabtenaren
uit
de
omgeving
zeker
ook
wel
een
en
ander
te
wenschen.
Vooral
deze
gepriklielde
stemminigen
over
en
weer
waren
diepere
oorzaken
dan
alleen
de
bepaalde
fediten,
op
gronid
waarvan
de
minis
ter
tegen
de
brigade-Oss
optrad.
Juist
om
die
geheele
vertioudinig
tusischen
miareohaussee,
plaatselijke
politie
en
justitie
te
saneeren,
heeft
prof.
mr.
C.
W.
de
Vries
indePtijd
in
ons
blad
een
parlementaire
enquete
voorigesteld,
welk
denkbeeld
door
mr.
Wendelaar
in
een
initiatief-voorstel
werd
overgenomen,
dat
ech-
ter
door
de
Kamer
werd
verworpen.
Maar
wanneer
de
aangelegenlheid
der
brigade-Oss
opnieuw
in
de
Kamer
ter
siprake
komt,
zal
het
noodig
zijn
om
juist
dit
breedere
ver-
band
van
het
conflict
mede
in
oogenschouw
te
nemen.
Volledige
opklaring
is
nog
altijd
niet
ver-
schaft,
concludeerden
wij
na
de
uitspraak
van
16
Juli.
Vandaag
kunnen
wij
dat
herhalen.
Het
wachten
is
op
de
ministerieele
nota.
*)
Wij
spatieeren.
Red.
H.
Si:®