Tekstweergave van ECH1913_0607_00001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
:n No. 40. Z^terdag 7 Juni 1913. 32ste Jaargang. nederland. ECHO VAN HET LAND VAN CUYK LAND VAN CXmc. Algameen Mieiws- eo AdYertestieMad Iiteroomminali felifooi 1°. f. A B 0 N N E M E N T S P R IJ S t per drie raaanden^ Franco door't gebeele R|k . ... f -.50. Enkele Nuraraera . ... f -.05. Dtt Blad vmchSnf tlksn Wosnsdae tn Zattrdag. Van liet Gr©illtist.**®erci 2£oiicla.gps$1t>lct,dL (echter ulUlultend verkrQKb»ir »oc de Abonn6» op de Courant). Per drle maiindcn frinco, , . , f -.45 AJ*osdeiIik« Bummars syn uiet verkrggbaar. Uitgover: JOS. J. VAN LINDERT, CUYK a/d Maas. Brieven, enz. franco aan het Bureau van „de Echo van het Land van Cuyk" te Cuj/k. Alia Boekhandaiarsn an Potldimtsyren sismen Abannsmenfan en AdvarttiitiSn san. Per PR US gewonen regel . nur pJaatsruimte. 3-maal piaatsing wordt slechts plaatsiag viermaal in rekening gebracht. Reclames achter de rnbriek BiaaeEl»Bd. DER A I) V E R T E N T IE N. / -.10, groots letters ea vignetten worden berekend tiree- en 7-ina&l / -as i.j!r regel Bij dit nnmmer behooren twee BIJVOEGSELS. STAND DER MAAN. 28 Mei 4 Jur»i 0, n Juni i8 Jujsi g!. JaarMarIt te Ojil, PiBigag 17 Jnni Diegenen, welke zich met ingang van 1 Juli op dit Blad abonueeren, ontvangen de tot dien datum ver- schijnende nummers gratis. De Staat als schuldeischer en als schuldenaar. (Prof.) S(truyken) schrijft in „Van Onzen tijd" naar aanleiding van de [zaak-Ebell, het volgende : „De strafvervolging voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch van den vroegeren Rijks-archivaris al- daar, zal vreezen wij, inenig ambte- naar en zelfs menig particulier den schrik om het hart doen slaan. Hoe menlgeen zal bij 't lezen van 't geen den beklaagde wordt ten laste gelegd, zich herinneren, dat hij, de een dit feit, de andere dat feit, ook wel eens heeft gedaan, en dus ook, ja ook... als een falsaris had kunnen worden terechtgeateld. Wij mogen over de thans aanhan- gige zaak geen oordeel hebben; men kan uit de verslagen der coiiranten niet voldoende afleiden, wat de omvang en de intentie der ten laste gelegde comp- tabele knoeierijen is geweest; ook blijkt daaruit niet, waarom eigen- lijk deze vervolging is ingesteld. Slechts in 't algemeen zouden wij willen waarschuwen tegen al te grooten ijver in de vervolging van diergelijke valschheden in geschrif- te, als waarvan ook de president der terechtzitting, tenminste vol- gens de courantenberichten, blijk gaf. Onze administratieve en voor- al de comptabele wetgeving leidt dagelijks tot talrijke onwettigheden en onoprechtheden, zoo men wil valschheden in geschrifte, zonder welke het staatsbedrijf eenvoudig niet zou kunnen worden gevoerd. Zou men daaraan, door streng for- malistische wetstoepassing te eischen, een einde willen maken, men zou zeker meer kwaad doen dan goed. Zoolang de intentie eene behoorlijke is, niet bestaat in over- dreven gemakzucht, of in de zucht _ FEUILLETON. Het Pestschip. (2). (Slot.) Dus, geen mogelijkheid ziendezijn eigen schip te laten herstellen, voor- dat hij te Panama zou zljn, zette hij koers naar 'tNoorden. Dit alles was vroeg in den morgen gebeurd en tegen het midden van denzelfden dag kreeg hy den rook in het oog van een stoomboot, die zuidwaarts kwam en in voile zee bleef, als ware zij bevreesd geweest voor de oorlogs- bodems op de kust. Hij stoomde op haar at, op zijn geschut rekenende voor het geval, dat zij tot den vijand raocht behooren. Toen het onbekende vaartuig duidelijk in het gezicht kwam, zag hij dat het eene kleine, oude passagiersboot der Chileensche Jijn was die hij als Tupisa herkende. Maar zij droeg geen vlag en even- min heesch zij er een, toen hij haar naderde. Dit streed zoozeer met alle gebrui- ken, dat de zaak hem vreemd voor- kwam; maar weldra zag hij nog iets zonderlings; want van zyne plaats op de brug, kon hij met behulp van zijn zeekijker zien, dat er aan dek van de Tupisa lieden vochten en dat wel op verschillende plaatsen. Hij werd ook gewaar, dat iemand op het bovendek poogde een vlag te hyschen, terwijl anderen dit trachtte te ver- hinderen; maar kon geen spoor van kanonnen ontdekken, dus stuurde hij recht op haar af en nu zag hy een zich ten koste van den Staat te verrijken, houde men in ieder ge ­ val den strafrechter liever er bui- ten. Vooral ook op comptabel ge- bied. De Staat heeft te bedenken, dat hij nu eenmaal de onhebbe lijkste crediteur en debiteur beide is. Voor een deel is hij tot die houding verplicht, voor een ander deel is zij een gevolg van eigen lakschheid, achterlijkheid in de wetgeving, bureaucratie en ambte- lijke „Klein-kramerie". Als credi ­ teur regelt hij, hoe hij de burger zal betalen, als debiteur regelt hij, hoe hij zelf zal betalen. Als credi ­ teur kent hij nog geen andere be- taling dan in benauwde, overvul- de belastingkantoortjes; betalingen per postwissel, aangeteekende brief, cheque, giro e.d. zijn hem alien nog te modern; wel heeft hij den deurwaarder altijd bij de hand. Als debiteur houdt hij vast aan comptabele regelen van meer dan eene halve eeuw geleden; voor de vergoeding van reis- en verblijf- kosten aan een reglement, meer dan een kwarteeuw oud, van welks absolute ondeugdelijkheid en on- bruikbaarheid ieder overtuigd is; bij voorkeur laat hij den burger, die voor hem werkzaam is, de kos- ten daarvan voorschieten ; vraagt deze ze terug, dan moet hij voor die vermetelheid beginnen, zegel- belasting te betalen, en declaraties precies volgens voorgeschreven model indienen, de staat betaalt dan zonder zich te haasten, wan- neer hem dat goed dunkt, en laat hem voor die betaling natuurlijk opnieuw belasting en leges voldoen. Denkt men zich daarbij nu nog de mogelijkheid, dat dit alles wordt toegepast door ambtenaren, die het hun plicht achten, vellen vol te schrijven, zonder aan wat men in het gewone leven beleefdheid of kieschheid noemt, een oogenblik te denken, om te zorgen, dat eene formalistische toepassing van wet- ten en besluiten worde verzekerd, en meteen te trachten minieme bedragen voor den Staat te redden, dan zal men begrijpen, dat de ver- houding van den Staat tot zijne „declaranten" niet altijd eene aan- gename is. Vooral het Departe- ment van Binnenlandsche Zaken zoekt in de laatste jaren zijn trots er in, „er achterheen te zitten", opdat de schatkist geen schade lijde. man en een jong meisje, met revol ­ vers gewapend, een klein troepje mannen op een afstand houden, ter ­ wijl een andere er eindelijk in slaagde de vlag te hijschen. Zoodra deze door den wind ont- plooid werd, zag Caldera, dat zij geel was. Het was de Pestvlag en nu zij omhoog ging sprongen de mannen er op toe, onder het slaken van vreeselijke kreten, als willen zij haar we6r neer rukken. Maar het meisje en haar metgezel losten elk twee of drie schoten en joegen ze terug. De andere man, die de vlag had opgetrokken, Hep naar de stuurhut en keerde terug met een groot krijt- bordj dat hij op de verschansing hield. Caldera richtte zijn zeekijker daar- heen en las het in groote witte let ­ ters geschreven woord: »Pestpokken!« De beide schepen kwamen nu vlak bij elkaar en het jonge meisje wendde zich nu naar de Huarwra breidde de armen uit en riep: »Pestpokken ! Pestpokken ! Bijna alien hier zijn aangetast! Enkelen hopen er aan te ontsnappen en willen aan boord van uw schip gaan. Blijft weg van ons!« Hoe veranderd van angst de stem ook zijn mocht, herkende Caldera die tot zijne ontzetting. Het was Carmen, zijn bruid, daar op het pestschip! Hij wist natuurlijk niet, hoe zij daar kwam; maar hij zag nu ook haar gelaat, het was een feit, dat zij zich daar bevond, een vree- selijk feit. Ook zij herkende hem, zooals hij daar op de brug atond en riep and6r- raaal : Nu blijft natuurlijk ook tegen- over een onhebbelijken debiteur, eerlijkheid een vereischte. Maar zoolang dan ook deze niet ont breekt, niet wordt gestreefd naar eigen verryking ten koste van den Staat, moet men op zijn tijd, en zelfs geregeld, veel door de vin- gers kunnen zien. Men weet toch bij ondervinding, dat het sterke aandraaien van de formalistische schroef wel somtijds voor een ge- geven geval eenig voordeel kan brengen, maar meestal op den duur het omgekeerde gevolg heeft; dat men dan formalistisch juist, maar materieel duurder regeert, Goede loyale koopmansgeest, daar ­ aan heeft ook de Staat, naast al zijne wetten en verordeningen, be- hoefte". Verkiezing Provinciale Stateii. la alle districteu van Noord-Brabaat zijn de Statenleden herkoiten, bahalve Bergen-op-Zoom, waar naast de diie aftre- deade katholieke leden, de heerea Van Gilse, Juten en Verheyen, is candidaat gesteld de heer H. C van der Hoek(lib.) te Dinteioord. Voor de stemming op Donderdag 12 deser zijn Dinsdag ten stadhnise der hoofd- plaatsen van de betrokken kiesdis:ticten officieel de vclgecde candidaturen gesteld en herkozen voor de Prov, Staten. la 't district Venlo Van Basten Baten- burg J. A. H. Tegelen aftr. Kath. Kiesvg. Janssen J. W. J., (Helden) aftr. Kath. Kiesvg. Vogels F. W., (Reuver-Beesei) aftr, Kath. Kiesvereeniging. In 't district Horst. Everts P. H. (Seve- num) aftr. kath, Janssen J. H. (Venrsy) aftr. kath. Bij enkele candidaatsstelling werden Dinsdag als leden van de Provinciale Sta ­ ten van Gelderland voor het kiesdistrict Nijmegen geprodameerd de heerea : J, F. C. AratF, te Nijmegea, aftr. lid, en VV. J. J. Verstraaten, te Beuniiigen, aftr. lid. WathetKsiinerlidmnat.schaplhanselscht. De weikjaarahedeu zijn er in de laatsle jaren voor iemand, die een district ver- tegeawoordigt, niet minder op geworden. Vergelijkt men, wat vroeger een Kamerlid te doen had met hetgeen hij thans moet verrichteo, dan merkt men een groot ver- schil op. Vroeger uam de afgevaardigde in den begrootingstijd een kaaitje naar Den Haag, bleef daar tot de begrootings- zaken waren afgehandeld, om dan weer naar den huiselijken haard terug te keeren. Hij kon dan denken, dat hij zijn task ongeveer volbr^cht had. In dien tijd gold de grondwetsbepaling, dat de zittingstijd der Kamer miastens 20 dagen moe.st duren. Doch tegenwoordig duuit die zittingstijd van den 3 den Dinsdag in Sept. tot den laatsten Zaterdag v66r dien Dinsdag in September en meir denkt er niet aan de limiet van 20 dagen in acht te nemea. De Kamer heeft dit zittingsjasr no dagen »Ricardo! Ricardo caro! Blijf van ons weg! Poog niet een van ons alien te redden. De plaag kwam te Guya- quille aan boord. Het schip is een pesthuis. Blijf weg! Als je niet kunt boor ons dan in den grond, want wij moeten sterven. Men weigert ons aan land te laten komen. Gij zult inzien, Senor, dat niemand in een vreeselijker toestand geplaatst kon zijn dan Caldera bij het verne- men dier woorden. Hij was een man van zuiver Castiliaansch bloed in de aderen en ook een getrouw zoon van Peru. Hi] had dit heldhaftige meisje lief, zooals alleen een Spanjaard kan beminnen en, voor het eerst na drie jaar, zag hi.j haar onder zulke schrik- wekkende omstandigheden weder. Hij zou zijn leven hebben gegeven om het hare te redden; maar hij had honderd vrouwen en kinderen, die anderen dierbaar waren, en zijne eigen dappere onderhoorigen onder zijne hoede. Jndien de schepen elkan- der aanraakten, zouden de ongeluk- kige aangetasten aan boord springen, den dood met zich medebrengen- de, ja zelfs indien er slechts eene boot van het eene vaartuig naar het andere kwam, zou de besmetting volgen. Hij had ook bemerkt dat de Tupisa sneller liep dan zijn eigen half verlamd schip en dat, indien hij trachtte haar te ontkomen, zij hem inhalen raoest. Welke hoop bleef er dus voor de aan zijne zorgen toevertrouwde lieden over dan dat laatste, afgrijselijke redmiddel: zijn geschut ? En toch kon bij het niet over zich verkrijgon bevel te geven tot vuur. in het openbaar vergadert en daarbij waren een groot aautal avond- en nachtvergade- ringen. En na afloop dier vergaderingen kan men niet zeggen als een school- jongen ; geen werk, dus vacantie. Zulk een voorstelling komt alles behaive met de wetkelijkheid overeen. Want het grooSste deel van den vrijen tijd der heeren Kamer- leden wordt in bsslag genomen cm de zaken, die in het openbaar behandeld zulleu worden, voor te bereiden. Daaruit volgt, dat het op den duur hoe langer hoe rnoeilijker zal worden in afgelegen pro- vincies vertegenwoordigers tevinden. Wat eigenlijk jammer is, omdat toch in de Kamer niet gemist kunnen worden men- schen van verschillende bsroepen. Onmoge- lijk kan met de Kamerwerkzaamheden goed waarnemen en daarbij zijn eigen zaken naar behooren behartigen. Of het een of het ander moet er onder lijden. Daaruit volgt, dat een ambt in gemeente of pro- vincie moeilijk vereenigbaar is met het lidmaatfichap der Tweede Kamer. Op 't oogenblik is het daarmee zoo gesteld, dat men moet kuenen zeggen : iederen dag moet ik daaraan kunnen besteden. Vooral ia dese omstandigheden, waarin tengevolge van de verkiezingen de rechtsche meerder- heid slechts een paar stemmen zal bedra ­ gen, is het zeker noodrakelijk ieder oogen ­ blik op *t appel te zijn. Wat zijn de oor- zaken, die tot de vermeerdering der werk- zaamhedea van de Kamerleden geleid haddea ? Vooreersf de toeneming der staatsbenoeming. Het is een feit, dat de overheid sich thans met meer zaken be- moeit dan bijvoorbeeld een 25 jaar geleden. Op de tweede plaats komt daarbij, dat de verhouding tussehen de partijen een beetje anders geworden is. We hebben een meer „aufgeregt" politiek leven gekregen. Dit heeft natuurlijk zijn voor- en nadeelen. Op de 33 plaats wordt het den Kamer ­ leden hoe langer hoe rnoeilijker om het slot van hun redevoeringen dicht te bren ­ gen bij het begin. Kwftrte practijkeii bij de keiiring; van Miiitiepliclitigen. De militieplichtigen worden ten ernstige gewaarschuwd tegen de practijken van de personen, die hen, tegen betaling van een som gelds, voorspiegelen in staat te zijn bij het geneeskundig ouderzoek voor den Keuringsraad of voor den Militieraad hunne ongeschikt-verklaring voor den dienst bij de militie te bewerken. Ia geen eckel opzicht kan de bemoeiiog van zoodanfge personen, als boven bedoelc), tot afkearing, van welken iageschrevene ook, leiden, terwijl de raadpleging van die personen den betrnkkene slechts fiaan- cieel nadeel kan berokkenen. In Art. 206 van het Wetboek van Straf- recht, is bepaald, dat met gevaagenisstraf van ten hoogste twee jaren wordt gestraft hij, die zich opzettelijk voor den militie- dienst ongeschikt maakt of laat maken, en hij die een ander op diens verzoek, opseitelijk voor den dienst ongeschikt maakt. Zilveren Feest te TIenray. Dnn 2 Juli a.s, zal het 25 jaar geleden sij , dat te Tienray waar Maria reeds bijna 5 eeuwen op bijzondere wijze veteerd Hij veranderde in plaats daarvan, van koers en stoomde weg, tot Carmen roepende: Werp u over boord, Carmen raio, en met u alle gezonden en wij zullen u redden. De zieken niet, of, bij de Heiligen, ik moet op u laten vuren! Ik zou u redden als ik kon, maar ik heb vrouwen en kinderen aan boord; ik mag niet ? Maar ziende, dat de ))Huarwra« poogde weg te komen, stoomden degenen, die zich van het bevel over de Tupisa meester hadden gemaakt, haar achterna. Toen gaf Caldera een bevel en gingen officieren en man- schappen aan het groot en klein ge ­ schut staan. Opnieuw echter smeekte hij luidkeels medelijden te hebben met degenen die nog gespaard waren gebleven en, om te bewijzen, dat zijne bedreiging hem ernst was, loste bij een schot in de lucht. Maar nog altijd kwam het pest ­ schip nader, Carmen was op de brug gevlucht, waar twee of drie man, waaronder ook degene, die het krijt- bord had opgehouden, de anderen met revolvers in bedwang hielden, maar de oproerlingen hadden het roer in hunne macht. Ten laatste, toen de Tupisa heel dichtbij kwam, hadden de ongelukkigen op de brug al hunne patronen verschoten en be- gonnen zij ook Caldera toe te roepen, terwille van de vrouwen en kinderen op zijn schip, vuur te geven. Het waren dappere lieden, Senor, lieden, die liever zelf stierven dan zwakken ter dood brengen. En ook Carmen smeekte haar bruidegom bij de liefde, die hij haar toedroeg, en bij al wat is de nieuw opgetichte Lourdesgrot op plechtigewijzegewijdwerd, Het eigenaardige dezer nabootsing der Massabielle grot is, dat zij niet buiten, maar in de bedevaarts- kerk gebouwd is. Sedert wijlen Pastoor Maessen ter plaatse met de vereericg van O. L, Vrouw van Lourdes begon, is Tienray als pelgrimsoord van stonde af aan een ongekende bloei ten deel gevallen. Door duizenden wordt het jaarlijks iramers drukker bezocht. Vooral door de Duitschers! Zoo selfs, dat, terwijl in Zuidelijk Limburg of in het hartje van Noord-Brabant meerderen van Tienray niet hoordec, over de gcens tot in de verste streken der Rheicprovincie en van West- falen er nauwelijks iemand is, die Tienray „in Holland" niet kent. Met gepasten luister zal de 25 jarige ge- dachtenis der Wijding van de Lourdes-grot gevierd worden, niet slechts den 2 Juli, maar in een reeks van feesten tot half October. Vele processies zullen in dien tijd naar Tienray komen; Z, D. H. de Bisschop, Mgr. J. H. Drehmanns, lal den 3 Augustus Maiia's heiligdom met zijne hooge tegen- woordigheid vereeren; op de fees'dagen zullen luisterrijkediensten gehouden wordeil en beroemde predikanten als feestredcnaars optreden. Eindelijk als blijvende hericnering aan dit zilveren teest zal een begin gemaakt v^orden met het bouwen van een prachtigen buiten-kruisweg, waarvan op 2 Juli de plechtige eerste steenlegging zal geschieden Valsche Bankbiljetteii. Te Rotterdam en te Maastricht zijn enkele valsche bankbiljetten van honderd gulden voorgekomen. Zij onderscheiden zich van de echte voornamelijk door het ontbreken van den scheprand en door de grootere dikte en de gelere kleur van het papier, terwijl het middengedeelte van de achter- lijde der valsche biljetten groen-grys is, in plaats van blauw. De valsche biljetten zijn gedateerd 6 September 1911 en dragen het setiemerk Q. U. Onileuj^delijke fietsen. Men schrijft aan de „N. A, Ct." : Eenige als heeren gekleede personen hebben thans onze gemeente met hun bezoek vereerd. De „heeren" brengen op Jistige wijze nieuwe rijwlelea aan den man. Deze rijwielen zijn van de allergoedkoopste soort, gemonteerd met dito banden en tocbehooren. In de meeste gevallen kiezen deze personen als operatie-terrein caf6's en kroegen, weten 'n gesprek aan te knoopen over rijwielen en komen ten slotte met hun doel, nl. het te koop aanbieden, omdat het „geknerpt" is; omdat ze gaan „varen", omdat... ja, omdat de „heeren" weten, dat het grootste gedeelte der menschen bedrogen wil zijn. Ee.i rijwielhandelaar die het kan weten, beweert dat die rijwielen kant en klaar hoogstens f 23 kosten. De prijzen, die de „s'achtoffers" betalen, bedragen soms f 40 tot f 50. Dit jaar zijn op die manierhon- derden aan den man gebracht. Dinsdag hebben de heerea te Arnhem' er zes ge ­ plaatst, zijn anderdaags met een „pattijtje" naar Nijmegen getrokken en hopen spoe- dig weer onze stad met een besoek te vereeren. Vermelding verdient, dat op ds rijwielen een fabtieksmerk voorkotnt van een Engelsche fabriek die uooit bestaan hem heilig was, zijn plicht te doen. En terwijl zij hem dit toeriep snel- den de zieken de brug op. Zij vochten als tijgers, die mannen met het mis- vormd gelaat, het was een strijd met den levenden dood en Caldera zag met de wanhoop in het hart een dier tot monsters geworden menschen Carmen aangrijpen en de hand leggen over haar mond. Op hetzelfde oogenblik kwam het kommando hem over de lippen. De groote kanonnen bulderden en een granaat ontplofte vlak onder de brug van de Tupisa, al degenen, die zich daarop bevonden, aan stukken scheu- rende. Een andere granaat boorde een groot gat vlak aan de waterlijn en gelijktijdig regende het kogels uit de groote en de groote en kleine stukken geschut, de reeds door de hand des doods aangetaste lieden mannen en vrouwen dooreen treifende. Het was afschuwelijk, senor, maar wat had er anders moeten ge- beuren ? Ja, het was een ontzettende toestand ? antwoordde ik met een rilling, maar kapitein Caldera deed zijn plicht. De Tupisa zonk natuurlijk? Ik ben blij, dat gij dat derikt, senor, heel blij, sprak hij zacht. Ja, de Tupisa zonk met alle opvarende.... Dat is alles! Gij hebt mij een zonderling en vreemd verhaal gedaan, senor Padre, zeide ik, en ik zal het aan de andere zijde der wereld navertellen, terwille van de helden, die hun plicht vol- brachten en van het dappere meisje, dat zichzelve zoo volkomen verloo- chende. heeft; en dat het rijwiel door een firma wordt gegarandeerd, die evenmin bekend is (ook deze firmanaam komt op het frame voor). Jammer genoeg voorziet onte wet ­ geving niet hierin. Een ieder zij dus gewaarschuwd. Binnenland. Bij enkele candidaatstelling zijn ge- kozen tot kamerleden de heeren Kooien (Grave), Van Vlijmen (Veghel), Fleskens (Helmorsd), De Stuers (Weert), Van Vuuren (Zevenbergen). Ia de 95 overige disiricten moet gestemd worden. De stemming heeft plaats Dinsdag 17 Juni. De herstemming, waar noodig, op Woensdag 25 Jursi. lo 1909 was in II districten geen stemming noodig". Het waren, behaive vier bovengenoemde, Breukelen, Rheden, 's-Hertogecbosch, Waalwijk, Zevenbergen, Roermond en Sit- tard. De kamerleden van beden, die reeds zeker niet meer in de nieuwe Kamer zallen terugkeeren, zijn : van de kathoiieken mr, Bolsius (Roermond); van deanti-revolutio- nairen mr. graaf Van Lynden van Sanden- burg (Kampec) en de heer Pollema (Go- rinchem); van de christelijk-histoiischen mr. Frank van Lennep (Haarlem ;de nieuwe christ.-hist. candidaat voor dit district is ook een Van Lennep, de burgemeester van Heemstede); van de oud-liberalen jhr. mr. Van Karnebeek ; van de Unie-liberalen de heeren dr. Roessingh (Emmen), De Jongh (Rotterdam) en De Kanter (Dordrecht); van de vrijzinnig democraten de heeren mr. Drucker(GroDingen), mr. Sraidt (Veen- dam), mr. Treub (Assen) en Vorsterman van Oyen (Oostburg). Bovendien is er een vacature door het overlijden van den heer Verhey (Rotterdam III). De heer dr. De Visser keert niet voor Leiden naar de Kamer terug, maar zal, naar wij hopen, door Ommen voor dit lichaam behouden blijven. De Tijd verneemt, dat een aantal leden der Eerste Kamer van 30 Juni—4 Juli een bezoek aan Limburg zullen bren ­ gen, Op het voorloopige programma staan bezoeken aan de Staatsmijnen Wilhelmina, Hendrik en Emma; bezoek aan de Ten- toonstelling te Sittard ; rijtoer naar Vis6 en beiichtiging van de gekanaliseerde Maas in Belgie; bezoek aan Vaals, bezichtiging catacomben te Valkenburg; boottocht op de Maas van Maasbracht naar Linne, be ­ zichtiging statiocswerken Maastricht en Weert, Iederen avond keeren de Eerste Kamerleden naar Maastricht terug; vac- daar worden de excursies oadernomen. De hoofdiogenieur van den Waterstaat du CrojjE te Maastricht zal een voordracht houden over de Maas-kanaiisatie. Te Roer ­ mond sal 4 Juli het afscheidsdiner plaats vinden. Naar men verneemt, zijn bij het legerbestuur plannen in overweging orn de militie bij vertrek met groot verlof, na voor de laatste maal onder de wapenen te zijn geweest, gewapend naar hnis te zenden, om te voorkomen dat zij na over- gang bij de landweer van i Augustus tot November zonder wapenen zijn. Een arbeidersfamilie te Sterkrade is door het gebrnik van bedorven voedings- middelen vergiftigd. Een kind sderf reeds, diie familieleden liggen op sterven. Ik had het hierbij. behooren te laten; maar ik kon niet nalaten te zeggen. Vergeef mij mijne nieuwsgierig- leid, senor Padre; maar gij hebt mij de geschiedenis verhaald, zooals alleen een ooggetuige dat doen kan. Mag ik vragen of gij er bij waart ? Ja, senor, ik was er "bij, zeide lij, terwijl hij opstond en mij de band toestak. Ik bevond mij aan boord van de Huarwra. Goeden nacht thans, Gij hebt morgen een langen rit voor u. Drie maanden later vertelde ik te Callao het verhaal van den pastoor aan mijn aldaar gevestieden vriend 'larris. Ja, zeide hij, toen ik gedaan had, dat is volkomen waar. Senorita de Salta ging te Panama aan boord van de Tupisa. Zij bevond zich op de thuisreis van Parys. Toen de oorlog voorbij was, nam Caldera zijn ontslag uit den zeedienst en werd geestelijke, Ik vernam later, dat hij zijn leven wijdde aan het Missiewerk onder de Indianen der binnenlanden en na hetgeen gij mij hebt verteld, twijfel ik er niet aan of gij hebt hot ver ­ haal uit zijn eigen mond vernomen. Kwaad, dat men meent van anderen te [reten, Wordt dikwijis o zoo breed uitgsmeten, Maar van de molens van Rijken, dat is echt, Heeft nog nooit iemand ooit kwaad gezegd. ;861 J. H. RIJKEN, (N.B.)