Tekstweergave van ECH1925_0321-1_00003
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
44e
Jaargang
Zaterdag
21
iWgai^t
1925
raummter
&&
DE
ECHO
LAND
VAN
CUYK
Nieuws-
en
Advertentieblad
mmammm
Tweede
Blad.
Bel
Etifflielie
»an
dm
Mali.
Evaugelie
volgens
den
H.
Evatigelist
Joannes,
Vie
Hoofdst.
1—15
vers.
Ill
dien
tijde
begaf
Jezus
zicli
naar
de
overzijde
van
het
meer
van
Galilea
en
Tiberias.
Eo
Hem
volgde
eene
groote
menigte,
wijl
xe
de
wonderteekenen
za-
iien,.
die
Hij
wrochtte
over
de
ziekcn.
Je-
-/ais-
echter
besteeg
het
gebergte
en
xa[
daar
iieder
met
zijne
leerliiigen.
Het
was
nu
dicht
bij
Paschen,
het
{eest
der
Joden.
lezus
sloeg
dan
de
oogen
op,
en
zag
dat
eene
groote
menigte
tot
Hem
kwani;
en
Hij
zegt
tot
Phiiippus:
Van
waar
zullcn
we
brood
koopen,
dat
zij
te
.eten
hebben?
Dit
zeide
Hij
echter
om
hem
te
beproeven
want
zelf
wist
Hij
wait
Hij
doen
zoude.
Phiiippus
antwoordde
Hem:
Voor
twee-
honderd
tlenliugen
brood
is
niet
geuoeg
voor
hen,
dat
ieder
een
stnkje
krijge.
Een
zijner.leerlingen,
Andreas,
de
broeder
van
Simon
Petrus,
zeide
tot
Hem;
Hier
is
een
kuaapje,
die
vijf
gerstebrooden
heeft
en
t
ivee
visschen,
maar
wat
is
dat
voor
zoo
velen?
Jezus
echter
zeide;
Laat
de
men-
schen
gaan
zitten.
Er
was
nu
veel
gras
daar
ter
plaatse.
De
mannen
gingen
dus
zitten,
ten
getale
van
ongeveer
vijf
dui-
zend,
Jezus
dan
nami
de
brooden,
en
sprak
een
dankgebed,
en
deelde
ze
uit
aan
de
iieergezetenen;
eveneens
ook
van
de
vis
schen,
zooveel
hun
beliefde.
Als
ze
nu
verzadigd
zijn,
zegt
Hi)
tot
zijne
leeriingen:
Verzamelt
de
overgebleven
brokkehngen,
dat
er
niets
verioren
ga.
Ze
zamelden
dan
op,
en
vulden
twaalf
korven
met
brok-
■
kehngen,
die
de
gespijzigden
van
de
viji
gerstebrooden
over
hadden.
Bij
het
zien
dan
van
het
wonderteeken,
dat
Jezus
ge-
daan
had,
zeiden
de
menschen:
Deze
is
waarHjk
de
profeet,
die
in
de
wereld
moet
komen.
Jezus
dan,
voorziende
dat
ze
Hem
zouden
komen
wegvoeren
om
Hem
Ko-
ning
te
maken,
trok
zich
weder^
terug
op
het
gebergte,
Hij
alleen.
Oneerlijk
spei?
***
Wij
ontvingen
het
volgend
communique
ter
opname
:
Op
de
Bondsvergadering
van
den
Rijkskieskring
's-Hertogenbosch
op
14
Maart
jj.
deelile
een
der
afge-
vaardigden
mede,
dat
in
een
piaat-
selijk
blad
de
opmerking
was
ge-
gemaakt,
dat
in
den
Bosschen
Rijks
kieskring
de
termijn,
binnen
welken
men
als
lid
tot
de
plaatselijke
of
parochiale
kiesvereenigingen
kan
toe-
treden,
korter
was
gesteld
dan
elders,
hefgeen
men
als
oneerlijk
spel
be-
schouwde.
Waarschijniijk
is
men
tot
deze
op
merking
gekomen
omdat
in
verschil-
lende
R.K.
Bladen
het
b
richt
gestaan
heeft,
dat
m
n
zich
tot
15
Maart
als
lid
bij
zijn
kiesvereeniging
kon
op
geven.
Juist
is
alleen
dat
de
Algemeene
Bondsvergadering
te
Utrecht
besloot,'
dat
in
alle
kieskringen
uiterlijk
tot
15
Maart
leden
konden
worden
aan-
genomen.
De
verschillende
Rijkskies-
kringen
werden
vrijgelaten
reeds
ge-
troffen
regelingen
te
handhaven
of
alsnog
op
te
heffen,
mits
zich
hou-
dend
aan
den
uitersten
termijn
van
15
Maart.
Hoewel
van
organisatonsch
stand-
punt
een
uniformeregeling
zeer
wen-
schelijk
geacht
mag
worden,
gaat
het
niet
aan,
om,
nu
hedoelde
ter
mijn
in
verschillende
Rijkskieskringen
niet
dezelfde
is,
dadelijk
maar
van
onefcflijk
spel
le
spreker.
Immers,
hoewel
door
verschillende
Statenkieskringen
uit
den
Riikskies
kring
Den
Bosch
reeds
een
andere
termijn
was
vastgesteld,
is
juist,
om
in
geheel
dezen
Rijkskieskring
een
uniforme
regeling
te
verkrijgen,
door
het
Bondsbestuur
van
dien
kring
be-
sloten
dezen
termijn
over
geheel
den
Rtjkskieskring
's-Hertogenbosch
op
1
Februari
te
houden,
zooals
reeds
in
December
werd
besloten.
Hiervan
is
tijdig
aan
de
besturen
der
locale
en
parochiale
kiesvereeni
gingen
kennis
gegeven
Wanneermet
deze
kennisgeving
voldoende
reke-
ning
was
gehouden,
was
er
geen
reden
geweest
om
zich
te
beklagen.
«
Het
blad,
hier
bedoeld,
is
ver-
rnoedelijk
het
onze,
althans
wij
heb
ben
ter
zake
een
opmerking
gemaakt.
Feit
is
in
ieder
geval,
dat
in
de
meeste
Kieskringen
gelegenheid
was
tot
15
Februari,
om
zich
als
lid
der
Kiesvereeniging
op
te
geven,
terwijl
in
den
Bosch
de
fatale
datum
1
Fe
bruari
was.
Evenzeer
is
het
een
feit,
dat
de
laksche
ki«zers
niet
gemak-
kelijk
in
de
Kiesvereeniging
zijn
te
krijgen
en
dat
de
propaganda
daar-
toe
beter
slaagt
naarmaie
de
verkie-
zingen
naderen.
Zoodoende
heeft
b
v.
Limburg
na
den
sluitingstermijn
van
den
Bosch
nog
honderden
leden
ge-
wonnen
Dat
daardoor
de
eene
Kieskring
een
voorsprong
krijgt
op
der.
anderen,
zai
niemand
ontkennen.
En
wanneer
we
dat
„oneeriijk
spel"
noemen,
dan
is
dat
geenszins
een
onvriendelijkheid
aan
't
adres
van
het
Bossche
Bondsbestuur,
dat
ter
zake
zeker
zijn
plicht
deed.
Ieder
weet
echter,
dat
tusschen
tijdig
waarschuwen
der
Kiesver
eenigingen
en
het
ontplooien
van
een
krachtige
propaganda
door
deze
lichamen
een
heele
afstand
ligt.
Een
afstand,
waarvan
thans
bij
vele
het
einde
nog
niet
te
zien
is!
MUNHARDT's
Zenuw-TabSeiten
.
.75ct
Laxeer-Tableticn
.
Hoofdpijn-Tableiten
(h)^'
Bij
Apoth.
en
I.,
141--No.
290
Gennep's
glorie
en
verval.
FEUIU.ETON
eortii
ae
noorman.
„Wel,
jongvrouw
Mabelia,"
zei
de
poortwachter,
het
ongeduld
drijft
u
zeker
hierheen,
maar
de
nacht
begint
reeds
te
korten,
en
weldra
zal
een
boodscliapper
ons
de
goede
maar
komen
brengen."
„Ik
hoor
den
hoefslag
van
een
paard;
spoedig,
Wicbert,
laat
de
val-
^brug
neer",
zei
Mabelia,
den
poort
wachter
bij
den
arm
grijpend.
„Toef
niet,
Wicbert,
zie
daar
komt
de
ruiter
al
aangereden."
„Maar
hij
is
niet
alleen",
monipelde
de
oude
dienaar,
„en
hij
schijnt
ge-
wond."
,
Mabelia
luisterde
niet.
Zij
snelde
de
valbrug
op,
nog
v<')6r
deze
geheel
was
neergelaten,
en
de
aankoraenden
te
gemoet.
„Heilige
Maagd!"
kreet
ze,
„het
is
mijn
vader".
„Mabelia,
mijn
kind,
wees
sterk,"
zei
Yge
Qalama,
die
zijn
gezellen
een
wenk
had
gegeven
hem
van
het
paard
te
helpen.
„Vader!
kreet
de
jonkvrouw
vveer,
toen
ze
hem
van
nabij
zag,
zonder
helm,
het
harnas
doorkorven
en
met
bloed
bedekt,
het
gelaat
bleek
als
een
doode,
—•
„mijn
arrae
vader!"
Ook
Wicbert
en
Qerswlnde
waren
thans
nadef
g^omen.
Zij
begrepen
al-
De
opkomst
na
1870.
—
Opening
der
N.B.D.S.
—
Internationaal
ver-
keer.
—
Uitbreiding
der
Werk-
plaatsen.
—
In
1919
het
hoogtepunt.
—
Hoe
het
verval
kwam.
—
De
iiquidatie
der
N.B.D.S.
—
Vi}f
ton
minder
inkomsten
per
jaar!
—
Hoop
op
herstei
door
vestiging
van
Industrie.
—
De
gunstige
iactoren
daarvoor.
—
Misplaatste
ziiinigheid
b«
de
N.
S.?
Wij
hebben
in
een
van
onze
vorige
nurnniers
reeds
in
een
artikeltje
„Gemiep's
toekomst"
in
groote
lijnen
gswezen
op
de
sombere
toekomst
van
ons
stadje,
waarbij
we
in
enkele
punten
de
ge-
voigen
aanstippen,
welke
de
degradatie
der
werkplaatsen
met
zich
zouden
bren
gen.
Heette
het
toen
van
verschillende
zijden,
dat
wij
den
toestand
te
somber
inzagen,
thans
komt
de
Limburgsche
re-
dacteur
van
de
Msb.
na
informaties
onze
zienswijze
onderschrijven
in
een
uitvowig
betoog
in
zijn
blad.
Dat
betoog
onderschrijven
we,
althans
in
iioofdazken.
Op
enkele
ondergeschikte
punten
kornen
we
te
zijner
tijd
%vel
terug,
les:
als
Yge
Galaina
in
dezen
toestand
naar
zijn
burcht
terugkeerde,
rnoest
alles
verioren
zijn.
„Arm
Friesland!"
zei
de
potestaat,
leunend
op
den
arm
van
Mabelia
en
van
Hoige,
„welk
een
vreeselijke
nacht!
De
meesten
der
onzen
zijn
gevallen
onder
de
strijdbijlen
der
Noormannen,
en
indien
ge
mij
nog
levend
terugziet,
hebt
ge
zulks
te
danken
aan
deze
twee
wakkere
mannen:
ridder
Ookko
en
Hoige."
Mabelia
had
Okko
Juckema
tot
dus-
ver
niet
eens
opgemerkt;
ze
had
al
leen
haar
vader
gezien,
een
3chim
van
de
fiere,
krachtige
gestalte,
die
wei-
nige
uren
te
voren
aan
het
hoofd
van
zijn
rnannen
was
uitgetrokken.
Okko
Juckema
de
reder
haars
vaders
0,
wat
had
ze
hem
slecht
beoordeeld,
hem
snood
beschuldigd!
„lk
dank
u,
rider
Okko,"
zei
ze,
zich
tot
hem
wen-
dend,
met
warm
te,
„en
u
ook,
trouwe
Hoige."
Weerk
Ion
kde
hoefslag
van
een
paard,
ditmaal
in
razenden
galop.
Eon
oogenblik
later
reeds
stond
de
ruitej
voor
de
weer
opgehaalde
brug.
„Wie
zijt
gij?"
riep
Wicbert.
„Een
bode
van
Marleif
Fleringa.
Wij'
zijn
verraden.
De
aanval
op
d
enburcht
te
Almenum
is
afgeslagen.
De
onzen
zijn
dood
of
verstrooid."
Ondanks
zijn
uitputting
dwong
Yge
Qalama,
die
den
hoefslag
gehoord
had,
,
zijn
geleiders,
hem
naar
de
burchtpoort
doch
we
plaatsen
thans
het
belangwek-
kend
betoog
in
zijn
geheel.
Opkomst
ca
glorie.
Een
stedeke
is
Gennep
w61
en
is
dat
ook
steeds
geweesx.
Uit
het
oude
Gennapium
omstreeks
het
jaar
1000
ontwikkelde
het
zich
tot
een
dier
miniatuurvestinkjes
in
grensgebieden,
die
aan
alle
beroering
der
oorlogvoering
ruim
hun
deel
kregen.
In
den
tachtigjarigen
oorlog
beteekendei
Gennep
als
versterkte
plaats
icts.
Daar-
na
traden'
sluimer
en
achteruitgang
in.
In
1870
telde
het
plaatsje
nog
maar
een
vijftienhonderd
inwoners.
Doch
de
schoone
dagen
van
Aranjuez
waren
nabij.
De
N.B.D^.
ofwel
N
o
o
r
d-
Brabant—^D
u
i
t
s
c
h
e
Spoorweg
M
a
a
t
s
c
h
a
p
p
ij
werd
opgericht.
Gen
nep
kwam
te
liggen
aan
de
door
deze
maatschappij
geexploteerde
lijn
Boxtel—
Wesel
en
werd
zetel
van
de
hooiddirectie
dezer
onderneming,
nu
zieltogende
in
een
zeer
gecompliceerd;
faillisement.
Gennep
werd
in
den
loop
der
jaren
een
station
eerste
klasse,
het
eerste
station
met
douanelcantoqr
op
NederlandS'ch
ge-
bled
voor
het
groat
int/ernatio-
n
a
a
1
v
e
r
ke
e
r
Ouitschland—Vlissingen
—Engeland.
Tot
voor
den
oorlog
passeer-
den
hier
elken
dag
een
achttal
mailtreinen
Berlijn—Vlissingen
en
omgekeerd.
Verder
stoomden
hier
binnen
de
sneltrein
Hain-
burg—Antwerpen
(een
maal
per
dag)
en
de
fendverhuizerstrein
uit
Kattowitz,
die
de
Poolsche
landverhuizers
naar
de
ha
vens
bracht,
vanwaar
ze
naar
Amerka
scheep
gingen.
Bovendien
llepen
nog
een
tiental
locaaltreinen
op
het
traject
Wesel
—^Boxtel.
Koningen
en
keizers
passeerden
dit
sta
tion,
waar
toch
altijd
even
halt
gehouden
werd.
Hier
reden
o.m.
voorbij;
de
Duitsche
keizer
(naar
Engeland),
de
fsaar
aller
Russen
en
de
koning
van
Engeland.
Soms
bracht
het
plaatselijke
muziekcorps
dep
hoogen
voorbijrijders
wel
een
schateren-
den
groet.
Het
genadeoord
Kevelaer
ligt
niet
zoo
heel
ver
van
Gennep.
In
den
zoraer
zag
dit
station
dus
ook
den
stroom
van
bedevaartgangers,
op
reis
naar
Kevelaer,
hier
binnen-
en
wegrijden.
Dat
waren
er
soms
wel
30
a
40
duizend
per
seizoen.
>
Station
Gennep
werd
natutirlijk
op
dit
groote
en
Internationale
verkeer
ingeridrt.
Het
is
een
ruim
gebouwd
en
goed
onder-
houden
station,
berekend
voor
druk
ver-
tier.
Dit
beteekende
in
de
goede
dagen,
toen
hier
douane-oponthoud
was,
werkeliik
ook
wat.
De
reizigers
van
den
trein
Ham
burg—Antwerpen
lunchten
meestal's
mor-
gens
omstreeks
8
uur
in
dit
Nederlandsche
station.
Het
hotelwezen
kwam
hier
even
eens
tot
bloei
want
menigeen
nam
of
ver-
liet
hier
de
Internationale
treinen
of
ge-
bruikte
bij
langer
oponithoud
lets
in
het
stadje
zelf.
.
Zooals
gezegd
was
hier
het
hooidbureau
der
N.B.D.S.
gevestigd,
waaraan
een
80-
tal
•
personen
in
admtoistratieven
dienst
verbonden
waren.
De
oorlogstijd
bracht
drukte
door
mobilisatie
en
inkwartiering;
soms
waren
op
dit
gewichtige
punt
meer
dan
duizend
miUtairen
ondergebracht.
De
Steenkolenhandelsvereeniging
hield
er
voor
de
Zuidelijke
distributie
tijdelijk
een
bureau;
want
hier
arriveerden
ook
T?uhr-
kolentreinen.
DeM
a
a
s
b
uu
r
t
s
p
o
o
r
w
e
g
(Venlo—
Nijmegen)
in
1913
geopend,
maakte
van
Gennep
een
spoor
wegknoop-
p
u
n
t.
De
reparatiewerkplaatsen
der
N.B.D.S.
breidden
zich
tot
1913
nog
aanhoudend
uit
en
verschaften
werk
aan
een
100-tal
menschen;
tractiCj
weg
en
werken
en
controle
vergden
nog
meer
personen.
Bij
zooveel
voorspoed
moest
ook
de
bevolking
der
gemeente
wel
toenemeen.
Was
deze
in
1870
nog
maar
even
1500,
in
1913
passeerde
ze
al
de
2600
om
voor
de
jaren
1914—1919
d'e
volgende
cijfers
te
bieden:
2772,
2875,
2993,
3110,
3354,
3352.
Dat
was
het
hoogtepunt,
dat
niet
werd
overschfeden.
Toen
elders
woningnood
heerschte,
was
deze
ook
in
Gennep
sterk
vDelbaar
en
werden
door
N.B.D.S.
en
esn
door
de
N.
S.
gesteunde
bouwvereeniging
een
tweetal
koionies
gesticht,
resp.
38
(Voor-
hoevepark)
en
28
(Genapium)
woningen
omvattend,
meest
arbeiderswoningen
na-
tuurlijk.
Verdere
plannen
tot
woningbouw
met
subsidie,
kwanien
wegens
weerstand
van
hoogerhand,
niet
tot
uitvoering;
ach-
teraf
bleek
dit
maar
gelukkig.
Verlichting
en
schoolwezen
werden
gemoderniseerd;
alom
werd
druk
door
partibulieren
met
of
zonder
premie
gebouwd
Verval
en
ziin
oorzaken.
En
toch
was
toen
al
de
toekomst
van
Gennep
ondermijnd.
Ofschoon
er
verschil-,
lende
omstandigheden
momenteel
samen-
werken
om
Gennep
te
degradeeren
tot
een
doodgewoon
„provinciegat",
ligt
de
sghuld
toch
in
de
toestanden
door
den
wereldoorlog
geschapen.
Het
groote
verkeer
Midden-Europa—En
geland
hield
toen
vrijwel
op
en
heeft
zich
na
den
oorlog
—
over
deze
lijn
althans
—
niet
hersteld.
Tijdelijk
wordt
Gennep
^lachtoffer
van
den
strijd
tusschen
Vis-
stogen
en
Hoek
van
Holland
om
d
e
Duitsche
mailt
re
in
en.
De
Nederlandsche
Spoorwegen
hebben
beslist
tengunste
van
Hoek
van
Holland,
zoodoende
duurt
de
reis
(via
Oldenzaal)
enkele
uren
langer
over
Nederlandsch
ge-
bied.
Duitschland
ziet
natuurlijk
zijn
inter
nationale
treinen
liever
niet
door
bezet
gebied
gaan,
omdat
dan
de
Belgen
nog
eens
kans
krijgen
hun
neus
te
steken
in
h(et
groote
Duitsch—Engelsche
verkeer.
Het
traject
Wesel—Gennep—Boxtel
wordt
nu
enkel
maar
door
lokaaltreiften
bereden;
ook
de
zware
sneltreinlocomo-
ti:even
zijn
van
deze
route
weggenomen
Het
station
degradeerde
tot
4
klasse!
Om
reden
van
bezuiniging,
speciaal
om
hooger
toezicht
houdend
personeel
uit
te
sparen,
hebben
de
N.S.
besloten
d
e
werkplaatsen
te
Gennep,
waar
lo-
comotieven
en
spoorwegwagens
gerepa-
reerd
worden,
op
te
heffen.
Het
groote
aantal
administratieve
ambtenaren
bij
de
N.'B.
D.
S.
in
dienst,
is
sinds
het
in
ex-
pSoifatie-nemen
der
lijn
door
de
N.S.
reeds
geleidelijk
weggetrokken.
Het
personeel
der
werkplaatsen
—
een
honderdtal
met
hun
familieleden
—
zal
nu
volgen.
Het
in
verval
raken
der
lijn
brengt
natuuriijk
op
zlchzelf
nog
verdere
mutaties
mede.
Het
vrijgekomen
personeel
zal
over
meerdere
plaatsen
in
het
land
worden
verspreid.
Naar
schatting
zullen
in
de
naaste
toe
komst
'n
duizendtal
personen
Gennep
ver-
laiten,
d.w.z.
een
derde
der
bevolking!
Nadat
de
schrijver
er
op
gewezen
heeit,
dat
het
voor
de
bezitters
van
eigen
huizen
met
grond
een
hard
gelag
is,
deze
van
de
hand
te
moeten
doen
ver
beneden
de
waarde,
wat
ook
't
geval
is
met
de
hui
zen,
door
premiebouw
verkregen,
ver-
volgt
hij:
De
groote
Iiquidatie
is
reeds
begonnen.
Het
directiegebouw
der
N.
B.
D.
S.
komt
onder
den
hamer,
evenals
het
Voorhoeve-
park
met
zijn
38
woningen.
De
woning
nood
is
reeds
in
het
tegendeel
veranderd;
meerdere
huizen
staan
leeg,
terwijl
andere
tegen
lage
prijzen
van
de
hand
gingen.
Als
de
exodus
zal
zijn
volltrokken,
wordt
gerekend
op
een
minder
in-
komen
van
een
klein
half
mil-
lioen
gulden
per
jaar.
Juist
de
beste
inkomensi
trekken
weg!
Wat
zullen
de
gevolgen
voor
gemeente
en
neringdoenden
wezen?
Voor
de
ge-
gemeente,
die
haar
inkomsten
—
aLs
geen
andere
bronnen
worden
aangeboord
—
met
een
derde
of
wellicht
de
helft
ziet
verminderen,
veel
te
hooge
lasten,
want
de
uitgaven
voor
wegen,
verlichtting,
on-
derwijs,
enz.
vermindergn
natuurlijk
lang
niet
in
gelijke
mate.
De
winkeliers
ver-
liezen
een
groot
deel
van
de
clientele,
misschien
ook
niet
minder
dan
de
heift
van
hun
omzet.
Waar
zosvele
huizen
yrij
komen,
zullen
de
huren
natuurlijk
snel
en
sterk
zakken.
Wat
Gennep
behouden
zal
door
zijn
ligging:
armlastige
uit
Duitsch
land
gekomen
Nederlanders,
die
hier
vaak
..blijven
hangen"
en
zich
vestigen.
Mogeliikheid
van
hersteL
De
vooruitzichten
zijn
voor
Gennep
dus
wel
somber.
Natuurlijk
wordt
nu
reeds
uitgezien
naar
middelen
om
te
voorkomen,
dat
deze
groote
uittoicht
in
een
ramp
voor
de
gemeente
ontaardt.
Pogingsn
worden
in
het
werk
gesteld
om
Industrie
ter
plaatse
gevestigd
te
krijgen.
Gennep
ligt
aan
goede
verkeerswegen.
De
binnen
afzienbaren
tijd
voor
2000
tons
schepen
bevaarbare
gekanaliseer-
de
Ma
as
stroomt
langs
het
stadje;
nns-
schien
is
van
de
zij-rivier
de
Niers
wel
een
haven
te
maken.
Het
Maas—Waal-
kanaal
is
ook
niet
veraf.
D
e
1
tj
n
e
n
W
e-
landsche
station
op
de
kortste
treinroute
naar
een
haven
op
Engeland,
Vlissingen
dit
geval.
Verwacht
wordt,
dat
de
Duitschers
dan
wel
zullen
zorgen
opnieuw
hun
mailtreinen
naar
het
een
paar
uren
vroeger
bereikbare
Vlissingen
te
dirigee-
ren.
Wellicht
blijkt
dan,
dat
de
—
overi-
gens
terecht
—
bezuinigende
N.
S.
in
deze
zaak
wat
voorbarig
zijn
geweest.
Mil
NV\
Bronchitis
Als
Uw
in
den
aarivang
onbetee-
kenende
verkoudheid
is
vcrargerd
tot
bronchitis,
talm
dan
niet
langer,
neem
de
baproefde
Akker's
Abdij-
siroop
die
de
prikkelende
hoest-
aanvsLiien
zal
temperen,
die
slijm
zal
opiossen
en
Uw
ontstoken
slijmvliezen
volkomen
genezen.
AKKER'a
verzacht
Atom
verlciiiglbaaT
nuivert
kokers
'
g«ieest.
230
/1,50
±
550
gram
/2.75
en
±
1000
giam
/4.50
terug
tev
oeren.
„Ik
moet
weteii,
wat
die
jobsbode
meldt."
Wicbert
wilde
de
jonkvrouw
terug-
houden,.
maar
zij
had
den
naam
Al-
rnenum
opgevangen.
„Waar
is
Ubbo
Adelen?"
vroeg
zij.
„Ubbo
Adelen
is
een
verrader,"
ant
woordde
de
bode,
„hij
heetf
ons
aan
de
Noormannen
overgeleverd."
„Qij
liegt"!
schreeuwde
Mabelia.
Dit
waren
haar
laatste
woorden.
Bewus-
teloos
zonk
zij
in
de
armen
van
Gers-
winde
neer.
V.
Op
luidruchtige
wijze,
nu
reeds
lang,
vierden
de
Noormannen
onder
drank
en
dobbelspel
hun
overwinning
op
de
Friezen.
„Mocht
dat
geraas
en
dat
slempen
nu
toch
eindelijk
eens
ophouden,"
zei
Thora
tot
Rotrude.
„Dat
mijne
land
genooten
de
zege
hebben
behaald,
strekt
mij
tot
verheugenis,
maar
de
wreedheid,
die
zij
jegens
de
overwon-
nenen
aan
den
dag
leggen,
en
hnn
ongebondenheid
is
mij
een
walg."
„Gij
zegt
w^l
wreedheid,"
beaamde
Rotrude,
wier
oog
van
verontwaardi-
ging
flikkerde.
„Is
het
niet
wreed,
hon.
derden
hutten
en
hoeven
in
vlammen
te
doen
opgaan,
weerlooze
grijsaards
vrouwen
en
kinderen
in
koelen
bloede
tev
ermoorden,
omdat
de
Friezen
het
gew^agd
hebben,
voop
de
vrljheid
en
de
onafhankelijkheid
van
hun
land
naar
de
waepns
te
grijpen?
En
is
het
niet
S
e
!—B
o
X
t
e
1
en
Ve
n
1
o—N
ij
m
e
g
e
n
kruisen
elkaar
hier,
terwijl
vlakbij
(kruis-
unt
Beugen)
de
sneltreinen
naar
het
Zui
den
(Roermond—Sittard—Heerlen—Maas
tricht)
passeeren
en
stoppen.
Door
den
uittocht
komen
vele
wonin
gen,
kantoren
en
werkplaatsen
vrij.
Ter-
reinen
zijn
er
ook
nog
genoeg.
De
condi-
ties
voor
industrieen,
die
zich
daar
ves
tigen
willen,
zijn
dus
niet
slecht.
Ook
voor
gepensionneerden
met
be-
perkte
inkomsten,
zal
Gennep
lets
weten
te
bieden,
omdat
huishuren
en
levensstan-
daard
hier
zeer
matig
zullen
worden.
Gen
nep
beschikt
bovendien
over
goede
on-
derwijsinrichtingen,
heeft
een
modern
in-
gericht
sanatorium
en
ligt
niet
ver
van
het
schoone
natuurpark
Plasmolen
en
de
eveneens
mooie,
boschrijke
Duitsche
stre-
ken
van
Kleef
en
Goch.
Bovendien
ligt
de
universiteitsstad
Nijmegen
ook
nog
vlakbij.
Het
lot
van
Gennep
is
verbonden
aan
flat
der
z.g.
Keulsche
zone.
Trekt
de
geallieerde
bezetting
daaruit,
dan
ver-
dwijnen
de
vreemde
soldaten
en
ambte
naren
meteen
langs.
de
grens.
En
dan
h
e
rk
r
i)
g
t
Gennep
z
ij
n
oude
n
s-
tige
voor
waarde:
eerste
Neder-
laf,
de
mannen
te
dwingen,
met
een
strop
om
den
hals
te
gaan,
ten
teeken
van
de
diepste
en
vemederendste
dientsbaarheid?"
„Ik
begrijp
uwe
verontwaardiging,
Rotrude,
en
billijk
ze,"
hernam
Thora.
„Tevergeefs
heb
ik
al
mijn
invloed
Inj
mijn
vader
aangewend,
om
aan
die
wreedheid
en
vernedering
paal
en
perk
te
stellen,
maar
op
dit
oogenbUk
is
het
hart
mijns
vaders
niet
voor
men-
schelijke
gevoelens
toegankelijk.
En
al
zon
hij
willen,
dan
twijfel
ik
nog,
of
de
N9ormannen
in
den
roes
hunner
overwinning
naar
'zijn
stem
zouden
iuisteren."
„En
die
arme
ridder,
zal
hij
hier
in
zijn
kerkerhol
moeten
verkwijnen
tot-
dat
een
ontijdige
dood
hem
uit
zijn
lijden
verlost?"
vroeg
Rotrude
weer.
„0,
als
hij
eens
wist,
de
arme,
dat
zijn
landgenooten
hem
Van
verraad
ibe-
scinildigden,
dat
zijn
naam
door
dui-
zendeti
wordt
vervloekt,
dat
honder
den
zijn
gestorven
met
een
verwen-
sching
aan
Ubbo
Adelen
op
de
lippen."
Thora
stampte
met
den
kleinen
voet
op
den
vloer.
„De
dochter
van
Qorm
der
Noorman
te
zijn,
en
machteloos
te
wezen
om
daar
iets
aan
te
veran-
deren!
Geloof
mij,
Rotrude,
dat
dit
een
kweling
voor
mij^^is,
die
mij
geen
oo
genblik
rust
laat."
„En,"
hernamRotrude,
haar
gedach
tei'igang
vervolgend,
„hoe
groot
moet
niet
het
lijden
van
Mabelia
Galarna
zijn,
Zij
kan
en
zal
geen
geloof
slaan
BUITENLAND
BELGIE
EEN
TREIN
VERPLETTERT
EEN
CAFe.
In
het
dorpje
Pargny
nabiji
Reims
is
een
locaaltrein
een
cafe
binaengeredcn,
nadat
hij
eerst
een
auto
op
den
weg
.'er^'letterd
had.
De
spoorbaan
kriiist
het
dorpje
juist
op
een
steile
helling.
Doordat
de
rails
be-
_neeuwd
waren
en
de
remmen
weigerden,
reed
de
trein
met
groote
vaart
de
helling
af,
terwijl
de
locomotief
met
twee
passa-
gierswagens
over
de
rails
hotste.
De
machinist
en
de
stoker
werden
te-
wusteloos
en
zwaar
gewond
opgenomen;
De
passagiers.
en
de
bezoekers
vaji
het
cafe
kwamen
met
den
schok
en
den
schrik
vrij.
DUITSCHLAND.
ONTHOOFD,
Te
Keulen
is
door
den
beul
uit
Maagden-
burg
de
49-jarige
weduwnaar
Nic.
Kunt-
zeler,
stadswe'rkman
te
Aken,
die
den
Ssten
October
van
het
vorig
jaar
wegens
moord,
op
twee
elfjarige
meisjes,
op
18
Augustus
van
hetzelfde
jaar
geplecgd,
was
ter
dood
veroordeeld.
De
onthoofding,
geschiedde
te
Keulen,
omdat
zich
daar
de
eenige
guillotine
van"
het
Rijnland
bevindt.
Voor
zijn
dood
had
Kuntzeler
veel
be-
rouw.
en
ontving
hij
de
H.H.
Sacramenten
der
Stervenden.
ENGELAND.
TEGEN
DEN
WOEKER.
Een
maximumrente
van
15
pet.
In
hef
Hoogerhuis
is
door
Lord
Carson
een
wetsontwerp
ingediend,
dat
den
woe-
ker
bedoelt
te
bestrijden.
Het
bepaalt,
dat
-
indien
geldschieters
tot
wetielijke
stappen
mochten
overgaan
teneinde
geleend
geld
terug
te
krijgen
en
de
rentevoet
15
PCt.
overschrijdt,
de
retlitbank
deze'Jtittre'St
met
de
benamingen
woeker
cn^geweten-
loos
mag
aanduiden,
lenzij
de
geldscliietgr
bewiist
dat
in
alle
omstandigheden
van
zijn
zaak
de
gevraagde
interest
niet
bul-
tensporig
is
er;,voordeel
inhoudt
voor
den
geldnemer.
Het
zal
den
geldschicter
en
den
bedoelden
geldnemer
eveneens
vrij.
staan
.
zich
te
wenden
tot
de
graafscliapsrecht-
bank
om
af
te
zien
van
een
grens
van
15
pet.,
indien
daarvoor
een
goede
oorzaak
wordt
opgegeven.
Maar
in
geen
enkel
ge
val
zal
samengesitlde
interest
worden
toegestaan.
Daar
er
in
het
Lagerhuis
een
soortgelijk
wetsontwerp
is
ingediend,
zal
een
com-
missie
ad
hoc
uit
de
beide
Huizen
de
twee
wetsontwerpen
ectst
onderzoeken.
HONGAHUE
VAN
PRINS
TOT
BEDELAAR.
Te
Boedapest
werd
eenige
dagen
geie-
den
bij
een
politierazzia
een
oude
man
in
geheel
verschooierden
toestand
aange-
houden^Het
bleek
te
zijn
Prins'Alexander
Holienlehe-Thiiringen,
Freiherr
von
Gabel-
stein.
In
het
jaar
1924
was
hij
te
Boedapest
gekomen,
nadat
hij
zich
van
zijn
vrouw
te
Weenen
had
laten
scheiden
en
hem
door
zijn
familie
een
toelage
van
4
mil-
iioen
kronen
jaarlijks
was
toegezegd.
Plot-
seling
hielden
echter
die
toelagen
op
en
toen
zonk
de
man
steeds
dieper
in
den
afgrond.
In
allerlei
achterbuurten
zwierf
hij
roiid,
tot
hij
ten
slotte
bij
een
wasch-
vrouw
terecht
kwam,
waar
hij
dienst-
knechten
moest
verrichten
voor
kost
en
inwoning.
Door
deze
vrouw
werd
hij
ech
ter
tenslotte
ook
op
straat
gezet
en
sinds
dien
tijd
was
hij
dakloos,
tot
de
politic
zich
over
hem
ontfermde.
Thans
wordt
hij
in
het
poiitiegasthuis
verpleegd.
aan
de
geruchten,
die
Ubbo
Adelen
als
den
verrader
aanwijzen,
maar
welk
een
foltering
voor
haar,
hem
als
zoo-
danig
te
zien
brandmerken.
W^atni
oet
zij
antwoorden,
hoe
hem
verdedigen,
hoe
de
beschuldigers
tofzwijgen
bren
gen?
Spoorloos
is
hij
verdwenen,
door
Noorsch
goud
omgekocht.
Dit
zegt
men
hardop.
Dit
zeggen
zijn
heste
vrienden."
„Houd
op,
Rotrude,
gij
martelt
mij
met
dit
alles
voor
oogen
te
houden,
terwijl
ik
niet
bij
machte
t)en
iets
te
doen."
„Dat
is
nog
niet
alles,"
vervolgde
Rotrude
met
gloeiende
wangen
en
tril-
lende
stem.
„Qij
weet,
Thora,
dat
Okko
Juckema
de
redder
van
Yge
Qalama
heet.
Aan
een
reder
is
men
dankbaar-
heid
verschuldigd.
Nu
Ubbo
Adelen
uit
den
weg
geruimd
en
als
verrader
is
geschandvlekt,
zal
Mabelia,
hoe
zij
ook
moge
terugstreven,
de
vrouw
moeten
worden
van
Okko
Juckema.
„Bij
Thor!
dat
"zal
ze
niet!"
nep
Thora
uit,
opnieuw
driftig
op
den
vloer
stampend.
„Ik
ben
de
dochter
van
een
Noorman,
maar
ik
ben
ook
een
vrouw,
en
zulk
een,
gruwel
zal
ik
niet
gedoogen."
,
u
,
r-.
„Heb
dank,
Thdra,
hernam
Ro
trude;
„lk
wist
wel
dat
ik
niet
lever-
geefs
een
beroep
op
u
zou
doen."
„Zeg
mi.i
geen
dank,
Rotrude,
voor-
dat
mijn
pogen
met
goeden
uitslag
is
bekroond.
Maar
hoe
komt
gij
er
toe,
het
met
zooveel
warmte
voor
Mabelia
■
op
te
nemen
of
zij
uw
zuster
ware?"
„Hoe
ik
er
toe
kom?
Al
ken
ik
Ma
belia
niet,
ik
kan
het
niet
aanzien,
dat
de
lafaard
en
verrader,
die
Okko
Juc
kema
is,
de
vruchten
zal
plukken
van
zijn
verraad,
dat
hij
na
Ubbo
Adejen
ook
nog
Mabelia
ongelukkig
zal
maken."
„Gij
hebt
eeen
goed
hart,
Rotrude,
en
ik
beloof
u,
dat
ik
zal
doen
wat
in
mijn
vermogen
is.
Ware
het
niet,
dat
mijn
vader
zich
thans
in
den
kring
van
zijn
mannen
bevond,
zoo
zou
ik
aanstonds
naar
hem
toe
gaan.
Nu
zal
ik
mijn
bede
tot
een
gunstiger
oogen
blik
hebben
te
verschuiven.
Zie
eens,-
Rotrude,"
vervolgde
ze,
den
sjerp
te
voorschijn
halend,
dien
ridder
Ubbo
van
Mabelia
als
talisman
had
ontvan-
gen,
„wat
een
kostbaar
stuk."
Rotrude
beschouwde
hem
met
de
meeste
aandacht.
„Hij
is
inderdaad
zeer
fraai,"
zei
ze,
met
haar
vingers
zacht
de
zijde
streelend.
„Zijn
er
die
helm
en
dat
kruis
en
die
letterteekens
op
geschilderd?"
vroeg
ze.
„Met
de
naald
geschilderd,"
ant
woordde
Thora.
„Een
waar
kunstwerk,
vindt
ge
niet,
Rotrude?"
Het
jonge
meisje
was
nog
altijd
in
de
beschonwing
van
den
sjerp
ver-
diept.
Zij
kan
het
zich
niet
verklaren,
maar
ze
voelde
fen
zonderlinge
ont-
roering
bij
het
zien
van
het
kunstige
borduurwerk.
(Wordt
vervolgd).