Tekstweergave van GRC1930_0426-1_00001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
faterdag 26 April 1930. 79e Jaargang No. 32 |n priis -TOESTi |spreker eri eeplaatsi IfB, Grav^ \gs- conditil RAAFSCHE COURANT NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD tweedebla lENI WBGflV MACHTIG MIDDeC 66n iBOzijn t er wel zoo zaohties aan «5fprlr geworden, dat het R.-K, ver- oici IV jgsleven van onschatbare waarde s dat het voor ons onmisbaar is 'en. Spreekt onze Geestelijke jid niet van n plicht? of 35 f 1.7F^t dus ook voor den Katholieken I46f225. f- _ , fordt heel wat gedaan om de die dezen plicht niet kennen, o Afi fiPfl vervullep, aan te **0, ""H^t het lidmaatschap der organi- NOEL ^ wordt vergaderd, gespeeoht, Tiften verspreid^ huisbezoek ver- let woord en daad wordt de pro- la gevoerd. maclitig propa- Ifiuinp'liddil te w:einig benut; n.l. de piy Zeer waarschijnlijk wordt de .Ull gemaakt, dat het juist de of het meisje is, dat zooveel man- in de organisatie terughiela, zelfs k was dat velen voor het lidmaat bedankten. rdaad, 't is een jammertijk ieit, .Vrouwen dikwijls den man hebben uden van de stands- en vakorgani- Er nioct 3,a.n worden t niet- zelden geschiedde met de Jedoelingen, omdat zij niet wisten, iittig en onontbeerlijk de orgaiii- tiKfl t NDEL 1 k •mmd J,6 3.00 WO.- kuikens- lers fl.25 eef f2.75 RAVE orlen MEGEll m eigen oren, not Ifabrieic de wjj r pond bevelend, ,, L. Hezelsfr. 3f j nUMEGEN n prijs 1 door uijk arin^en j n feit, dat de vrouwen vaak ti over contributies en zelfs wei- die te betalen, Ze begrepen let, dat er veel geld noodig is om .''orderen een betere zedeiijke en chappelijke welvaart van den 'ersstand. komt dikwijls voor, dat de vrou- ineenen, wannee'r 't wekelijksch olad bezorgd wordt, dat daarvoor 'jk alleen de contributie betaald -• Afgezien ervan, dat ze vaak niet ^en, dat het geregeld lezen van hup ^blad oo noodzakelijk is voor mannen om op de hoogte te blij- an wat ze als organisatiemannen het vereenigingsleven moeten zien ze ook over het hoofd, dat Un organisatie voor het Bondsblad litgeven, slechts een onderdeel is vele kosteil welke een organi- ?ich heeft te getroosten. mannen zijn door de vrouwen .jiteruggehouden van vergaderingen gj'fsussen en ontwikkelingsdvonden. ^aad, Maar ze meenden dat daar- Uithuizigheid gekweekt werd en &en niet dat ontwikkelinjJ brood- S is om te bevorderen een betere iphappelijke welvaart: dat ver- 'ngen noodig zijn om belangen te ®ken welke voor haar en haar .ge- de grootste waarde kunnen zijn. 'Jeze dingen. worden gaarnc toege- Dooh dan moet men eerlijk de '_onder het oog zien: is niet teveel 'j^d dit alles aan de vrouw te zeg- 'ou niet veel bereikt kunnen wor- '''et het houden van vergaderingen 'Je vrouwen, waarin een en ander Soed wordt voorgehouden? Vast . toch wel, dat de vrouw, eenmaal ''t en de kracht der organisatie ^Ide, geen tegenstandsier meer zai ^aar ook in dit oDzicht .,een hulpe if® man" zal worden; dat zij met " zal medewerken waar de raan- ^^ich nog weigerachtig mochten ^trijd tegen het socialisme is heftig; op de dorpen is de worsteling N. . ' onzer ergste vijanden is de een kanker knaagt aan de zedeiijke en ^cisdienstige gezindheid van ons volk. Indien de vrouw overtuigd is gewor- den van deze groote, ernstige gevaren, is het gevaar tot minstens de heift gere- duceerd. Voormannen en propagandisten wor ­ den vaak moedeloos bij miskenning, tegenwerking en verdachtmaking, wel ­ ke ze ongetwijfeld ondervinden. Hebben ze een echtgenoote, die de grootsche taak onzer beweging begrijpt, dan leeren ze alle ontmoediging het hoo^d te bieden. Zelfs het levensgeluk van man en vrouw eischt, dat de vrouw kennis krijgt van het vereenigingsleven: zondsr dat is er een leemte in hun bestaan, Dit alles is geen nieuwe en geen bij- zondere wetenschap. AHeen gelooven we; tot heden is te veel verzuimd de vrouwen behoorlijkop de hoogts te stel- leri. t Is misschien ook niet zoo gemak- kelijk, dooh dat is slechts bijzaak, In ­ dien we t er over eens kunnen zijn, dat de vrouw ,,een hulpe" kan zijn, zal ook beproefd moeten worden dit te berei- ken. Het lijkt ons van buitengewoon be- lang, omdat van een beter mzicht der vrouw zooveel afhankelijk is: gods- dienstzin, eerbaarheid, reinheid, familie- leven, offervaardigheid, liefde. In de aangegeven richting zpu met vrucht gewerkt kimnen worden. T. E. JWAKEf! iioon en de z.g. neutrale pers, die als FEUILLETON. FELICITAS. UN m'' Tel. 129^ i, -^chap en droefheid streden met in haar binnenste, volslagen ^oid hoorde zij Lidia's woorden- O die voordurend aan het bruis bleef. Wat er gezegd werd ver- i|,,^elicitas nauwelijks. De klank der niet hun beteekenis drong tot i^oor. een gevoel, maar dat alles ^erschte liefde in haar: dat einde- ® Verwachting vervuld Was waar- v^ij zich iederen dag had bezigge- •s Harry was gekomen, nu werd '(jA^ed gemaakt. Weer leefde in haar vurige lielde. t ^ het niet als joeg een nieuw leven aderen? Zoo licht en vroolijk f| 2ij uit het rijtuig, hetwelk juist stil hield, dat Lydda met ver- haar aanzag. ^oofdpijn sohijnt pver!'! zeide BIJDRAGEN VOOR DE R-K. UNIVERSITEIT, Bisdcm s-Bosch Boekjaar 1928. Dezer dagen vergaderde het Die. Comite der St. Radbouwstichting in het pisdom s-Bosch tot vaststelling van het jaarverslag en de rekening en verant- woording, aangeboden door den secre- tans-penningmee^ter, Aan het jaaryerslag is het voltfende ontieend; . Zooals gebruikelijk werd ook in dit y erslagjaar het Diocesaan Comite, dat in zijn samenstelling ongewiizigd bleef, tweemaal in vergadering bijeen geroe- pen. Onze Klocsteractie, , Teneinde een beter overzicht te krij gen van wat onze Kloosters en Gestieh- ten voor onze Universiteit bijeenbren- gen, begonnen we vorig jaar de 364 Kloosters en Gestichten van het Bisdom s-Hertogenbosch per ciruculaire te ver zoeken, hunne bijdragen - rechtstreeks aan den diocesanen penningmaester in te zenden. * Deze afzonderlijke ,,bewefk!ng" der Kloosters leverde een bevredigend resu taat op, t Overzicht der ,,Kloosterbiidragen" werd belangrijk verbeterd. We hoopten dat 't volgend verdag een nog juister en mooier beeld zou geven. In deze ver ­ wachting is men eenigszins teleurgesteld. Bij den Dioc, penningmeester kwam in van 164 Kloosters / 3460,50. Uit de in- gekomen Parochieele verelagen blijkt. dat nog van 34 kloosters inkwam /343,50 in totaal ^ f 3804.— Tegen 'f 4279.50 verleden jaar, dus / 475.50 minder. Onze Parochiale Comite's lebben dit jaar al evenmin reden ge (Seven tot overtevredenheid. Onze jaar lijks terugkeerende klacht over te late inzending, kan alweer niet achierwege blijven. Integendeel, zoo erg als dit jaar was het nog niet. Op 15 Maart kon pas overgegaan worden tot het afsluiten der boeken; wijl nu alles binnen was, beho«dens de parochie Leeuwen-Beneden. deze scherp. ,,Geheel. Het ritje deed mij goed! Dank voor uw vriendelijkheid!" Zij wachtte zelfs niet op Lydia, maar iilde haar vooruit, naar binnen, door een zorg vsrvuld: om toch het bezoek van Harry niet te missen, Hij moet wel spoedig komen; daar was zij zeker van; Want de gedachte aan haar dreef hem immers hier been? | ELFDE HOOFiDSTUK. Harry's Liefde. Hoe Felicitas ook. acht gaf, haar wensch bleef onvervuld. Wel maakte Harry van Kroneck nog op denzelfden dag, met de meeste hoffelijkheid zijne opwachting en werd door den heer des huizes. en Lydia ontvangen, maar om- ^treeks dezen tijd bevond Felicitas zich aan het Ziekbed harer tante die hevig leed van haar droevige kwaal, Aan deze omstandigheid of ook wel aan een noodlottig toeval moest zij het, wijten, dat juist bij de eenige gelegen- leid, dat zij in het salon had wenschen Het finantieel resultaat van dit Verslagjaar beeld: Aan Parochiale Bijdragen kwam voor dit jaar in / 43308.50. Voor 1928 was in- gekomen / 44608.27, vermeerderd met nog in dit boekjaar ingekomen van de achtergebleven parochie Mill / 179.48, samen dus / 44787.75. Alzoo / 1479.25 minder dan vorig jaar. Oelukkig, dat enkele Bijzondere Gif- ten tot een totaal bedrag van f 874.14 zijn ingekomen, waardoor deze terug- loop der parochiale bijdragen eenigszins is getemperd. In tegenstelling met de laatste jaren, waarin de ,,Bossche" Universiteitsbij- dragen in stijgende lijn gingen, zijn we dit jaar in dalende richting. Konden we vorig jaar opzenden aan Utrecht / 48250,—•, dit jaar zonden we aan t Hoofdbestuur f 47700,—, minder dus / 550.—. Met wat in dit verslagjaar nog were nagezonden voor het boekjaar 1928, kwam voor dit verslagjaar bij ons in aan bijdragen van Parochieele Comite's. Ge ­ stichten en Kloosters en aan Bijzondere Giften / 48788,02. Voor het boekjaar 1929 ontvingen we in totaal / 47643.14. Eene vermindering aizoo van f 1144,88. De Jaarverslagen kwarnen in tot een aantal van 168 ^jnde 47 minder nog dan vorig jaar! Meer dan 150 secretarissen legden onze jaarverslagformulieren blijkbaar rustic naast zich neer, 't Was voor hen toch slechts een kleine moeite ze even in te vullen en ens op te zenden. Voor hen een heel klein werkje, voor ons een juister overzicht. Als de secre- tanssen dat toch eens wilden inzien! ri'et verslag bevat verder een opgave van de aantallen yliegende blaadjes .,Het rausjaar een Universiteitsjaar" door 55 parochies verspreid. Een overzicht wordt nog gegeven van de ,,Bijzondere Mededeelingen" uit de ingekomen Jaarverslagformulieren. Klinken in het V^rsjag enkele klaag- tonen, het Jaaroverzicht wordt besloten met een opgewekt, tevens opwekkend dankwoord aan het heele le-^er van dames en heeren Parochiale Comite- leden, Collectrices en Collectanten voor hun volhardenden ijver voor het zoo hoog noodige, daarom ook zoo zeer ver- diensteli)ke St. Radboudarbeid. DE NIEUWE WEEK-VEEMARKT TE UDEN, Wij lezen in het Paaschnummer van de Vee- en Vleeschhandel het volgende: leder vakman heeft volkomen het recht, om in een vakblad steeds dege- f A? geschrijf aan te tref- len. Maar bij het verschijnen van extra- nummers, zooals dat met Paschen en Kerstmis gebruikelijk is, neemt rJemand net kwalijk, dat er eens een extra bab- beltje wordt ten beste gegeven ter op- luistering. Zoodat ik gaarne de uitnoodi- ging van de geachte Redactie, om een paar keer per jaar een kleine bijdrage te leveren in „De Vee- en Vleeschhan del' ', aanneem. Maar waarvan en waarover moet een buitenstaander schrijven? Van koeien-, varkehs- of ander vleesch heb ik alleen verstand als het in kleine brok- jes, geurig en fleurig, gebraden, gebak- ken, gekookt of gestoofd aan den mid- dagdisoh wordt opgediend; maar dat heb ik verleden jaar ook al verteld. En je kunt toch niet gedurig hetzelfde blijven vertellen! En wat weet ik verder van marktcn?,. te zijn, haar zulk een streep door de rekening werd gegeven. Zij gevoelde zich bitter teleurgesteld toen zij uit een gesprek aan tafel opmaakte, dat Harry reeds geweest was. Wat moest hij wel denken van haar, die ^hem gezien had, die afwist van zijn aanwezigheid in huis, en zich niet eens gewaardigd had hem te komen begroeten? Had hij naar haar gevraagd? Die gedachte vervulde haar. Tevergeefs echter volgde zij met span ­ ning het loflied, dat hare bloedverwan- ten den vluggen Cavalier toezongen door zijne fijne manieren, zijn brillante bespraaktheid hemelhoog te verheffen en hem voor te stellen als een nieuwen held voor het conversatieclubje. Veel wist men te vertellen van hem en over hem, maar wat Felicitas begeerde te hooren, bleef uit ... .haar naam werd met geen enkele syllabe genoemd. Eens zelfs was zij op het punt om te vragen: of Jonkheer van Kroneck zich niet naar haar geinformeerd had, zijAe oude be- kende uit N; maar een eigenaardig ge ­ voel van bedeesdheid en trots deed haar Ha! daar heb ik het! Daar weet ik^ wel is waar, in het algemeen niet veel van, maar van een markt weet ik toch in ieder geval nog wat! En dat is onze goeie, ouwe Udensche markt. Ik weet daarvan, datze vroeger de roem was van de Meijerij: de groote markt; een ge- beurtenis van belang! En dat het nu zoo ongeveer niets meer is. En daar had ik dus stof in overvloed z66 maar voor het grijpen! Ik zou volop kunnen vertellen, wat de Udensche markt vroeger was en wat ze nu was; ik zou vertellen v^an haar druk gedoe en haar grooten Jjloei uit vroeger jaren en van haar danig verval op heden, van de oorzaken, die hadden meegewerk-t aan het ,,sic transit" van dat glorierijk verleden; enfin, van alles en van nog heel veel meer. En zoo toog ik eenige maariden ge leden aan het werk met het voorop ge- zette doel, om een treurzan^ aan tekun- nen hetfen, die bij een waardige begrafe nis van de oude Udensche markt zou passen. Die markt,.... je hoorde er im ­ mers niets meer van; die was dood!. . zoo dood als een pier!. . . . Was het nog wel ooit marktdag in Uden? Het zou echter geheel anders loopen! Op hetzelfde oogenblik, in denzelfden tijd waarin ik met mijn plannen rondliep, waren ondernemende menschen bezig, om te trachten van diezelfde markt nog te redden, wat te redden was; togen autoriteiten met hart en ziel aan het werk, om van die markt nog iets te maken, wat aan vroegere glorie hevin- neren kon; werden met jeugdig vuur en grooten ijver alle krachten ingespannen om die markt weer de hoogte in te krij gen en kwam ik zoodoende tot de ont dekking, dat ik haast een blunder zou geslagen hebben, dat ik zou afgebroken hebben, wat heelemaal niet afgebroken mag worden. Te elfder uur kreeg ik in lichtingen, die mij overtuigden, dat ik geheel onwetend, in de verkeerde rich ting aan het werk was getogen en dat ik de plicht had, mijn zwenk te nemen in andere, in gelukkig veel betere rich ­ ting, Laat mij dan hiervan wat vertellen ,,Udensche markt" is eigenlijk een be- naming, die in geen enkele Meijersche dictionnaire voorkomt; die geen enkele Meijersche boer of veehandela.^r kent o: gebruuikt. We praten hier heel gewoon en kort-af van ,,Uuje-mert," Nu, wat een attractie ging er vroeger in mijn jongen tijd, niet uit Van ,,Uuje- mert"?. ... wat lag er al niet besloten in dat typisch Brabantsche woordje ,,Uuj'e-Mert?".... eenvoudig alles!.. . alles, wat iets bijzonders was, wat an ders was dan anders! Boeren met laken sche jassen en mispelen wandelstokken, roskamimers met blauwe kielen en rooie neuzen, stauwers met slierten, magere 1 p / ' o koeien en vette- ossen, karren met schrale zeugen en vleezige biggen;. dat alles kwam, kon in onze jeugdige erbeelding niet van iets anders komen dan van Uuje-mert! Een nieuwe kalf- vaars of een nieuw trek-osje voor den 3oer kwam van Uuje-mert; de schoenen, waarop hij Hep; de schop waarmee hij spitte; de kruiwagen, de egge; dit alles kwam. van Uuje-mert. De boer kocht daar zoowat van alles en nog wat^ de handelaar zijn paardehalster, de scheper zijn soldatenjas en de dorpsburger zijn biggen. En alles, wat thuis vrouw en kinderen had, kocht er moppen. Van die echfe, fijne Uuje-mertsche moppen, waarvoor je olifantstanden noodig had om ze kort en naar binnen te krijgen; waarop we al vlasten drie dagen v66r Vader naar de markt ging;.... wie geen moppen meebratht, had Uuje-mert niet sprakeloos blijven. Zij moest hem de zaak overlaten, want, al mocht zij ook verlangen naar zijn komst, dit stond on- herroepelijk bij haar vast: hij moest haar zoeken zij kon niet anders dan zich laten vinden. Tot haren troost wees de drukke redeneering van Lydia haar de gelegenheid daartoe aan, Jonkheer van Kroneck was reeds uitgenoodigd voor het o^ handen zijnde soireetje bij de van Ronau's, Het kloppend hart van net meisje jubelde, N'u moesten zij elkan- der treffen, ditmaal was teleurstelling zelfs niet denkbaar, Zoolang Felicitas bij haar fainilie-be- trekkingen verbleef, had zij nimmer met zulk een sierlijkheid en zooveel zorg zich zelven getooid, als op den avoad, waarop zij er zeker van Was haren ver- loofde weder te zullen zien. Hare ijdel- leid was opeens ontwaakt, en in plaats van de halve rouw, die zij kort geleden lad gedragen, omhing zij zich met hare schoonste licht-grijze zijden kleederen L/e opgewekte tevredenheid van haar lart deed hare oogen stralen, haar gang gezien. En als je dan een heel jaar lang je ge- dragGn had als de incarnatie van een ,,brave Hendrik"; als je een maand lang voor moeder trouw alle mogelijke bood- schapjes had uitgevoerd; als je een heele week lang gezeuVd had;. . . . nou, dan kwam de vervulling van je ideaal. Dan mocht je eens een keer mee;..,. dan ging je zelf naar Uuje-mert! Dan ging je zelf als een groote kerel bij de biggenmanden staan kijken; dan ging je de t)ssen staan tellen; dan ging je staan afluisteren al het geheimzinnig en ge- wichtig vragen en bieden dat" zich bij, rond en om een been-mager heikoetje kon afspelen. En dan had je als echte kwajongen een uur noodig, eer je beslui- ten kon, aan welk van de honderd snoep kraampjes je je vijf Hollandsche centen zoudt be steden en fo dat kapitaal zou gespendeerd worden aan sep-striemels, aan tooverballen of aan vijgedalen. Miaar de markt had voor ande^-en heel wat meer . beteekenis dan voor ons, jeugdige marktbezoekers. Het was in den cuden tijd een zeer drukke vee- rnarkt, waar uit uren in den omtrek, ja, uit half Noord-Brabant de menschen sa- menstroomden voor den aan- en ver- koop van alle soorten vee. De statistie- ken vermelden b.v. voor 't jaar 1900 'n aanvoer van 4344 koeien, 2075 magere ossen en guste koeien, 750 vette ossen, 4250 pinken, 8650 schapen en 1820 var- kens. Als we weten, dat er toen slechts 15 jaarmarkten gehouden werden, dan kunnen we uitrekenen dat dit voor elke markt een gemiddelde aanvoer be- teekende van ruim 1475 stuks vee, ter- wijl dat jaar de aanvoer van biggen 11240 stuks bedroeg of bijna 750 per marktdag. Uit deze cijfers spreekt vol- doende de groote beteekenis van de vroegere Udensche markt. Ht)e is nu die drukke en beroemde markt kunnen vervallen tot wat ze voor een tiental jaren was, toen de heele aanvoer zoo goed als niets meer be- teekende? Dte statistieken geven op de eerste plaats de richting aan, waarin we moeten zoeken. De groote oorlog is de hoofdschuldige. Het jaar 1917 gceft een jaaraanvoer van 1569 stuks groot vee en 2558 biggen en het jaar 1918 respec- tievelijk 571 en 2405 stuks en daarmee is het tijdstip van verval, maar tevens ook de groote oorzaak in een keer aan- ffewezen. In denzelfden tijd kwam wel Den Bosch enorm opzetten als concur ­ rent, vooral doordat die stad zooveel beter was gelegen wat betreft middelen van aanvoer. En hierin ook hebben we een der oorzaken van Verval te -zien. Bovendien lag Uden op den rand van het bezette gebied, wat weer allerlei hin- derpalen meebracht voor een regel- matigen aanvoer en vlot verloop. Strenge maatregelen in tijden van mond- en klauwizeer-epidemieen dedsn zeer yeel afbreuk; mogelijk werd ook al weer niet voldoende ingezien, dat die maat ­ regelen in het belang der markt zelf te streng konden doorgevoerd worden;. in ieder geval hebben inbeslagncming^n van dieren, terwijl deze ter markt aan- gevoerd werden, het restje wat er nog van die m^rkt in oorlogstijd over was, den doodsteek gegeven, Een actief gi- meentebestuur onder burgemeester Bus- tens heeft natuurlijk met leede oogen let verval van wat eens de roem en iloei der gemeente was aangezien. Het zeer mooie marktplein dat vroeger tijdens de marktdagen stampvol was van een gezellige marktdruktc, was Veg en Dleef leeg en verlaten. Dat moest ver- anderen! Met vereende krachten werd aan het werk getogen en nadat in eenige jaren de varkens-, speciaal big- genmarkt weer op 't oude peil gebracht was, werd dit jaar begonnen in^t de was vluchtig, en hare geheele verschij- aing zoo feestelijk dat de familie jjaar vol verwondering aanzag, toen zij, met lich- ten tred net verlichte salon binnen- twam. Lydia's wenkbrauwen trckken zich eenigszins te zamen, een teeken dat zij ontstemd was. Haar onuitsprekelijke zelfoverschatting en ijdelheid raaakten iiaar toch niet blind voor de voordeelen die anderen op haar konden behalen, neen, veeleer doorzag zij met een enke- len blik van groote sluwheid, alles wat •laar slechts eenigermate in de schaduw zou kunnen stellen. Zoo ook overwel- digde haar nu, op dit eigen oogenblik, loor het vriendelijke voorkomen en de geheele verschijning van Felicitas, het Dntmoedigende bewustzijn, dat ?:ii niet neer onbetwistbaar de schoonheid der familie uitmaakte. Felicitas zou haar ' nededingster kunnen worden! (Wordt vervolgd.)