Tekstweergave van UDC1910_0730_00005
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Zaterdttg*
80
Julif^DKl
16de
Jaargang
Nr.
58.
VDEISCHE
COIRAIT
:T
ukm
VAN
a&TSHsm;..
Nieuws-
en
AdvertentieUad
voor
nden,
Veghel,
Erp,
Boekel,
Gemert
en
Onstraken.
ABONKEMENTSPHIJS
EENMAAL
PER
WEEK;
SO
cent
per
kwartaal
of
f
3.—
per
jaar,
voor't
Buitenlarid
f
3.80.
TWEEMAAL
PER
WEEK:
•
>2^3
cent
per
kwartaal
of
fit,—
per
jaar,
voor't
Buitenland
f0,4O«
.
sABONNEMENTEN
en.
ADVERTENTIEN
worden
dagelijks
aangenomen
bij
den
Boekhandelaar
RUD.
van
der
HEIJDEN
te
C/den,
het
POSTKANTOOR
UDEN
en
bij
de
UITGEVERS.
DRUKKERS-UITGEVERS
:
Gebrs.
VERHAAK,
te
Grave,
(Firm
a
A.
F.
G.
VAN
DIEREN),
aan
wien
men
brieven,
enz.
de
Courant
betreffende,
gelieve
te
adres-
seeren.
Advertentien
en
andere
stukken
worden
uiterlijk
Dinsdag-
of
V>-^'^/flj§--morgen
O
uur
ingewacht.
Duidelijk
schrift,
vooral
der
namen
en
cijfers,
wordt
steeds
dringend
aanbevolen.
PRIJS
DER
ADVERTENTIEN;
.
Van
1-5
regels
35
cents,
iedere
regel
meer
T
cents;
groote
letters,
vignetten,
enz.
worden
berekend
naar
plaatsruimte.
Advertentien,
driemaal
ter
plaatsing
opgegeven,
worden
slechts
tweemaal
en
bij
zevenmaal
plaatsing
slechts
viermaal
in
rekening
gebracht.
Bij
veelvuldige
plaatsing
belangrijk
rabat
en
bij
abonnement
voordeelige
overeenkomst.
Tweede
Blad.
Bezoelit
de
Sociale
Wget
Dat
kan
niet
genoeg
herhaald
worden,
dat
moet
de
lenze
zijn
yan
al
onze
Plaat-
selgke
Comite's
en
van
al
onze
Propagan-
disten,
gedurende
de
weken
die
nog
aan
14
Augustus
voorafgaan.
»l}ezoekt
de
Sociale
Week!^
moeten
wfl
herhalen
voor
onze
Onderwijzers,
die
tijdens
de
Sociale
Week
vacantie
hebben.
Want
het
is
onmogelijk
cm
een
deel
van
zijn
vacantie
aangenamer,
nuttiger
en
van
meer
beteekenis,
voor
het
volgende
leven
door
te
bresgen
dan
door
een
bezoek
aan
de
Sociale
Week.
En,
wie
komt
sociale
kennis
meer
te
pas
dan
een
onderwyzer
?
Hy
is
toch
voor
een
niet
gering
deel
de-
opvoeder
van
het
komende
geslacht,
de
opvoeder
van
het
Volk
1
Uit
den
aard
zgner
betrekking
komt
hy
veel
in
aanraking
met
het
volk.
Hjj
kent
van
zeer
nabg
de
nooden
en
behoeften
van
het
volk,
tenminste
hij'kan
die
heel
gemak-
kelijk
kennen,
als
hij
slechts
oog
heeft
voor
den
geestelgken
en
lichamelgken
toe-
stand
van
het
volkskind,
hetwelk
hy
dage-
Igks
voor
zich
ziet.
Zyn
door
die
dagelijksche
aanschonwing
niet
vele
Openbare
Onderwgzers
tot
het
Socialisme
gebracht?
Zyn
zg
niet
gewor-
den
de
beste
propagandisten
van
de
S.
D.
A.
P.?
Ongetwgfeld
heeft
daar
ook
veel
toe
hij-
gedragen
hun
levens-
en
wereldbesehou-
wing,
het
ongeloof
waartoe
niet
weinigen
zijn
vervallen.
De
giftige
Socialistische
Pers
vond
bij
hen
een
welbereide
bodem.
Maar
ook
het
waarnemen
van
het
leven,
zooals
het
zich
afspiegelt
in
het
volkskind
deed
het
z^ne.
onzd
Onderwgzers
daar
ongevoelig
voor.
Het
antwoord
luidt
beslist
ontkennecd.
Hun
arbeid,
in
hun
vrye
uren
besteed
in
allerlei
functie's
voor
de
A,rbeidersbevreging,
Sociale
Cursus,
Propagandaclubs
(hetzfl
po-
litieke
of
sociale)
Drankbestrgding,
enz.
ge-
ven
daar
een
antwoord
op.
Neen,
ook
onze
Onderwgzers
leveu
mee,
met
heel
hun
ziel
met
heel
hun
hart.
En
goed
onderlegd
kunnen
zg
in
dit
opzicht
zooveel
doen.
Want
»de
Meester»
heeft
in,
dorp
en
stad
nog
altgd
een
groo-
ten
invloed.
Daarom
dan
»Onderwgzers,
bezoekt
de
Sociale
Week!»
Gg
kunt
er
een
schat
van
kennis
op-
doen,
die
gij
vruchtbaar
kunt
maken
in
de
plaats
uwer
inwoning.
Gij
die
hoofden
en
de
harten
vormt
van
het.kleine
volkje,
gg
kunt
ook
de
wegwgzers
zgn
op
menig
ge-
bied
van
de
grooten.
En
in
den
tyd
waar-
in
het
volk
zooveel
behoefte
heeft
aan
voor-
lichting,
zoo'n
krachtig
verlangen
open-
baart
naar
kennis,
kunt
gy
vooral
zooveel
doen.
Maar
als
gy
wat
wilt
doen
doe
het
dan
goed.
En
als
gy
iets
goed
wilt
doen,
moet
gfl
weten
hoe
gij
het
moet
doen.
En
daar-
Feuilleton
van
„Het
Land
van
Ravenstein."
Liefde
of
Geld.
6)
/
Met
de
gewone
eigenzinnigheid
van
be
schonken
menschen
weigerde
hij
alle
verdere
opheldering,
Johannes
geloofde,
dat
de
man
er
waarschijnlijk
ook
geen
kon
geven,
en
deze
hinderde
hem
minder
door
hetgeen
hij
zeide
dan
door
zijn
luide
spreken.
Johannes
was
blij,
dat
de
man
eindelijk
voor
zijn
woning
stond.
Deze
trachtte
de
deur
te
openen,
maar
kon
niet
met
den
sleutel
terecht.
Het
kostte
eerst
nog
moeite,
voor
Johannes
den
sleutel
in
handen
had
en
de
deur
voor
hem
opende.
Eindelijk
was
de
man
in
huis
en
Johannes
wilde
juist
zijn
weg
vervolgen,
toen
uit
een
herberg
aan
de
over-
zijde
eenige
kerels
naar
buiten
stormden,
die
met
woeste
bedreigingen
op
hem
toeliepen.
Het
raadzaamste
was
hen
tevermijden.
Hij
sloeg
daarorri
snel
een
smal
zijstraatje
in,
waardoor
hij
in
weinig
minuten
een
groot
plein
kon
bereiken
en
tevens
zijn
weg
aan-
merkelijk
kon
bekorten.
Doch
nauwelijks
had
hij
eenige
schreden.
gedaan,
of
zij
waren
hem
op
de
hielen.
„Blijf
staan,
smeerlap!
Daar
hebben
wij
den
schurk!"
brulden
zij.
Het
was
daar
bijna
geheel
donker;
hij
be-
tee
moet
gy
de
sociale
verhoudingen
ook
in
hare
onderdeelen
kennen.
Die
kennis
kunt
gij
opdoen
in
boeken,
zeker.
Maar
beter
kunt
gy
Z3
leeren
uit
de
practische
toe-
lichting
die
de
sociale
week
U
wel,
het
boek
U
altyd
niet
geeft.
De
kennismaking
met
onze
sociale
wer-
kers
uit
alle
deelen
van
het
land,
heeft
ooli
zgn
bekoring
en
zyn
waarde.
Ook
dat
ver-
sterkt
en
geeft
vertrouwen.
Daarom,
»bezoekt
de
Sociale
Week!»
YadirkndslisMa
an
ds
Bysondars
Ondsrwgssrs»
Dat
de
byzondere
onderwyzers
met
klem
en
nadruk
zich
in
dezen
tijd
uitspreken
voor
de
aankweeking
van
vaderlandsliefde
en
nationale
gevoelens
in
de
school,
—
dat
zij
er
op
staan
om
uitdrukkelyk
van
hun
liefde,
eerbied
en
trouw
jegens
onze
be-
minde
Koningin
en
haar
vorstelijk
geslacht
te
getuigen,
dat
is
natuurlyk
en
verklaar-
baar.
Het
Bizonder
Onderwys,
dat
steunt
op
eerbied
voor
God
en
derhalve
ook
op
eer
bied
voor
het
door
God
ingestelde
gezag,
wenscht
tegenover
de
schrille
nitingen
van
revolutie
en
zoogenaamde
»politieke
neu-
traliteit*
uit
het
kamp
der
openbare
onder
wyzers
vernomen,
nog
eens
uitdrukkelyk
te
doen
zien,
dat
een
bizonder
onderwijzer
als
zoodanig
de
school
beschouwt
als
een
plaats
waar
eerbied
voor
het
gezag
en
liefde
voor
het
Vorstenhuis
moeten
worden
ge-
kweekt.
'
De
Protestantsch-Christelyke
onderwg^
zers
hebben
dit
met
nadruk
uitgespoken
door
hun
grdote
betooging
op
het
Loo,
en
ook
de
Katholieke
onderwyzers
ten
onzent
heb
ben
onlangs
op
zeer
hoofsche
doch
niette-
min
duidelyke
wyze
gemanifesteerd
in
de-
zelfde
richting.
Dat
is
geschied
op
de
vergadering
van
de
Katholieke
hoofden
van
schoien
in
het
Bis-
dom
Haarlem,
dezer
dagen
daar
ter
stede
gehouden,
—
en
daar
in
de
courantversla-
gen
dier
vergadering
dit
onderwerp
niet
geheel
tot
zyn
recht
is
gekomen,
dunkt
het
ons
nuttig
en
noodig,
hier
nog
eens
afzohderlijk
de
aandacht
erop
te
doen
vallen.
*
*
*
Een
der
onderwerpen,
te
dier
vergade
ring
behandeld,
was
eene
bespreking
over
de
wijze
waarop
de
Katholieke
School
kan
opleiden
tot
maatschappelyke
deugden
als
vooral
den
eerbied
voor
het
gezag,
vader
landsliefde,
enz.
De
beer
Van
Veldhoven
leidde
deze
be
spreking
in
en
vond
daarby
ook
aanleiding
de
noodzakelykheid
aan
te
toonen
van
krachtige
bevordering
der
Oranjeliefde
en
eerbied
voor
onze
Vorstin
door
middel
der
Katholieke
School.
Deze
bespreking:
de
keuze
van
het
on
derwerp
en
het
plaatsen
ervan
op
de
agen
da
dezer
vergadering
allereerst,
was
reeds
een
zekere
manifestatie
van
eerbied
en
trouw,
door
onze
Katholieke
schoolhoofden
afgelegd.
Als
zoodanig
werd
een
en
ander
dan
ook
opgevat,
en
in
verband
met
de
strooming
die
in
de
openbare
onderwyzerswereld
gaat,
was
de
inleiding
en
discussie
over
dit
on
derwerp
reeds
teekenend
genoeg.
Doch
nog
meer
en
sterker
is
de
zaak
,
op
de
voorgrond
gebracht
door
de
toe-
spraak,
die
de
HoogEerw.
Deken
van
Haar-
lem
aan
het
slot
der
vergadering
tot
de
!
Katholieke
schoolhoofden
richtte.
I
Zijn
HoogEerw.
wees
daarby
in
een
j
schitterende
improvisatie
op
de
taak,
die
de
Kath.
school
ten
bate
van
het
komende
geslacht
en
voor
het
vaderland
te
vervullen
heeft.
Hy
ging
de
historic
na
en
sloeg
een
voor
een
de
geschiedbladen
open
om
aan
te
tooneil
dat
de
Katholieken
steeds
zyn
geweest
en
gebleven
goede
vaderlanders,
ondanks
druk
en
vervolging
zelfs
krachtige
verdedigers
van
de
onafhankelykheid,
stry-
ders
voor
eigen
land
en
vryheid,
zelfs
als
deze
door
Katholieke
vorsten
of
mogend-
heden
werden
bedreigd
;
En
zooals
het
was
in
het
verleden,
zoo
is
het
ook
nu
nog.
.De
Katholieken
scharen
zich
om
de
trap-
pen
van
den
troon,
en
ook
als
Katholiek
zyn
wy
de
verdedigers
van
het
gezag,
ver-
persoonlykt
in
onze
geliefde
Koninginne!
De
Hoogeerw.
spreker
deed
uitkomen,
dat
de
Katholieke
school,
die
den
kinderen
niet
all
een
kennis
heeft
by
te
brengen,
maar
de
kinderziel
ook
heeft
te
vormen
voor
de
toekomst,
zoo
heel
veeil
doen
kan
ten
gunste
van
vaderlandsliefde,
van
den
eerbied
voor
het
gezag
en
voor
de
Draag-
ster
daarvan,
—
en
dat
het
ook
een
dure
pliaht
is
voor
de
Katholieke
Onderwyzers,
in
deze
richting
te
werken.
Ten
slotte
werd,
als
duidelijk
bewys
dat
de
Katholieke^
^schoolhoofden
ook
in
dit
opzicht
de
»neutraliteit»
ten
eenenmale
verwerpen,
op
voorstel
van
den
HoogEerw.
deken
een
telegram
aan
onze
geerbiedigde
Koninginne
gezonden,
waarop
de
voorzit-
ter,
de
heer
Van
Gemert,
later
een
vrien-
delyke
dankbetuiging
mocht
terug
ont-
vangen.
*
Het
schynt
ons
goed,
deze,
eenigszins
als
sprekende
betooging
verloopen
discussie
en
verdere
bijzonderheden
hier
nog
eens
te
pnderstrepen,
De
vereeniging
van
katholieke
school
hoofden
heeft,
meenen
wy,
uitstekend
be-
grepen
dat
zulk
een
kalme,
waardige,
maar
niet
minder
duidelyke
betooging
nu
juist
op
hare
plaats
was.
En
wy
gelooven,
dat
het
goed
iste
con-
stateeren,
hoe
op
hetzelfde
oogenblik
dat
door
allerlei
radicale
en
socialistische
ele-
menten
in
de
onderwyzerswereld
het
gezag
wordt
geminacht
en
een
duidelyke
bewe-
ging
gaande
is
om
de
school
niet
meer
als
kweekplaats
van
patriotisme
maar
als
een
verkapte
leerschool
voor
antidynastieke
en
anti-vaderlandslievende
propaganda
te
gebruiken
—
hoe
op
datzelfde
oogenblik
de
katholieke
hoofden
van
schoien
openlgk
en
ten
innigste
hunnen
eerbied
voor
het
vader
land,
voor
het
vorstenhuis
en
de
Koningin
hebben
geuit
en
openlyk
het
hebben
te
kennen
gegeven,
dat
ten
onzent
de
Katho
lieke
school
is
en
zal
blgven
de
plaats
waar
de
kinderen,
het
volk
der
toekomst,
naast
kennis
en
kunde
ook
leeren
zullen
eer
bied
voor
God
en
trouw
aan
het
w^ttig
gezag!
greep,
dat
hij
een
font
had
begaan,
door
dit
nauwe
zijstraatje
in
te
slaan,
want
hij
kon
hier
moeilijker
ontkomen
dan
ergens
elders;
misschien
luisterden
zij
naar
een
verstandig
woord,
blijkbaar
toch
vergisten
zij
zich
in
zijn
persoon.
Hij
bleef
daarom
staan.
Oogenblikkelijk
omringden
ze
hem;
het
regende
stok-
en
vuistslagen
op
hem,
voor-
dat
hij
een
woord
met
hen
kon
spreken.
Woedend
stiet
hij
den
naastbij
zijnden
man
terug;
de
beschonkene
tuimelde
omver
en
sloeg
met
zijn
hoofd
tegen
de
straatsteenen.
Een
tweede
bespringer
wierp
hij
eveneens
terug.
Op
dat
oogenblik
klonk
hetfluitje
van
een
politie-agent
aan
het
einde
van
het
straatje.
Johannes
wenschte
niet
gaarne
vechtende
aan-
getroffen
te
worden,
vooral
niet
in
dit
slecht
befaarpde
straatje^
De
kerels
liepen
weg,
zij
waren
met
hun
vieren.
Ook
hij
trachtte
in
de
schaduw
der
huizen
te
ontkomen;
van
alle
kanten
hoorde
hij
een
beantwoordend
gefluit
van
toesnel-
lende
politie-agenten.
Met
een
verlicht
hart
wilde^hij
juist
het
plein
opgaan,
toen
hij
door
een
riachtwacht
werd
staande
gehouden
met
de
woorden
:
»Hait!
Wie
ben
je?"
vZoo,
Korvel,
-
ik
ben
het,
Burgman,
je
kent
me
wel!"
«Ah,
mijnheer
Burgman!
Qaai
u
gerust
uw
gang."
Zoodra
Johannes
op
zijn
kamer
was
en
licht
aangestoken
had,
keek
hij
in
den
spiegel.
Ja,
hij
bloedde;
—-
dat
had
hij
dadelijk
wel
gedacht,
toen
hij
dien
slag
met
den
stok
kreeg
Woedend
op
dat
ruwe
gespuis,
boos
op
zich-zelven,
ging
hij
te
bed.
Vreemd
toch,
-
hij
dacht
aan
Lina.
Als
zij
eens
wist,
dat
hij
zoo
laat
thuis
kwam.
En
terwijl
hij
zich
ver-
wonderde
over
dezen
eigenaardigen
loop
zijner
gedachten,
herinnerde
hij
zich
ook
met
eenige
bevreemding,
dat
hij'meermalen
aan
haar
dacht
op
dezelfde
manier:
Als
Lina
wist,
dat
je
dit
of
dat
deed
!
Zij
was
zoo
goed
voor
hem
geweest!
En
nu
herinnerde
hij
zich
nog
iets
telkens,
als
hij
in
Marie
iets
opmerkte,
dat
hem
niet
be-
vie!,
had
hij
met
zekere
vreugde
tot
zich
zelven
gezegd;
Dat
doet
Lina
niet!
-
Och
ja,
als
Lina
geld
had!
Maar
zij
was
zoo
arm
als
hij
zelf,
„lk
zal
er
nu
een
eind
aan
maken,
aan
dat
spel
met
Marie;
zij
mocht
er
anders
boos
om
worden!«
Met
deze
gedacliten
sliep
hij
in.
Toen
hij
den
volgenden
morgen
ontwaakte,
was
hij
lang
niet
frisch,
te
meer,
daar
de
pijn
aan
zijn
hoofd
hem
de
nachtelijke
aan-
randing
in
herinnering
bracht.
Voor
wien
zouden
die
kerels
hem
wel
gehouden
heb
ben
?
Hoor
!
daar
werd
geklopt.
Wat
is
dat
?
Twee
politie-agenten
?
Daar
hebt
je
't
al!
„Mijnheer
Burgman
!«
riep
de
oudste.
„Wel,
wat
is
er
?"
„Wij
komen
wegens
die
vechtpartij
in
Spooiweg-aliGnfleiDentshaften,
1°.
Met
ingang
van
1
Januari
1911
zul-
len
in
de
plaats
van
de
abonnementskaarten
voor
alle
lynen
en
van
de
groepenkaarten,
thans
verkrygbaar
gesteld
door
de
S.S.
Maatschappy
en
de
N.
0.
S.,
slechts
wor
den
afgegeven
:
a.
Algemeene
abonnementskaarten,
geldig
op
alle
in
Nederland
gelegen
lynen
der
Maatschappy
tot
Exploitatie
van
Staats-
spoorwegen,
der
Nederlandsche
Centraal
Spoor
Weg-Maatschappy,
der
Hollandsche
IJzeren
Spoor
weg-Maatschappy
en
der
Noord-Brabantsch-DuitscheSpoorweg-Maat-
schappy
en
kostende
voor
een
tot
twaalf
maanden
achtereenvolgens
voor
elk
der
drie
klassen:
le
klasse
f50,
f90,
f
130,
fl70,
f210,
f250,
f290,
f
330,
f
370,
f
410,
f
450,
f
480.
2e
klasse
f
88,
f68,
f98,
f
128,
f
158,
fl88,
f218,
f248,
f278,f308,f
338,f360.
3e
klasse
f
25,
f
45,
f
65,
f
85,
f
105,
f
125,
fl45,
fl65,
fl85,
f205,
f225,
f240.
b.
Groepenkaarten,
geldig
op
de
lynen
van,de
tegenwoordige
Groep
la
der
S.S.
bene-
vens
op
de
lijnen
Delfzyl—Assen—Stads-
kanaal—Goevorden—Marienberg—Zwolle—
Almelo
en
kostende
voor
een
tot
twaalf
maanden
achtereenvolgens
voor
elk
der
drie
le
klasse
f48,
f80,
fll2,
f
144,
f
176,
f208,
f240,
f
272,
f
304,
f
336,
f
368,
f
390.
2e
klasse
f36,
f60,
f84,
fl08,
fl32,
fl56,
fl80,
f
204,
f
228,
f
252,
f
276,
f
290.
■3e
klasse
f24,
f40,
f56,
f72,
f88,
f
104,^f
120,
f
136,
f
152,
f
168,
f
184,
f
190.
c.
Groepkaarten,
geidig
op
de
lynen
van
de
tegenwoordige
Groep
Ila
der
S.S.
en
kostende
voor
een
tot
twaalf
maanden
ach
tereenvolgens
voor
elk
der
drie
klassen
:
le
klasse
f
50,
f84,
f
118,
f
152,
fl86,
f
220,
f
254,
f288,
f
322,
f
356,
f
375,
f
390.
2?
klasse
f38,
f63,
f89,
fll4,
fl40,
f
165,
f
191,
f
216,
f
242,
f
267,
f
280,
f290.
3e
klasse
f
25,
f
42,
f59,
f76,
f
93,
fllO,
f
127,
fl44,
f
161,
f
178
fl85,
fl95.
2°.
Houders
van
abonnementskaarten,
afgegeven
volgens
het
tegenwoordige
tarief
voor
abonnementskaarten,
zullen
ook
na
1
Januari
1911
het
recht
behouden
den
gel-
digheidsduur
van
hunne
kaart
te
doen
ver-
lengen
overeenkomstig
het
bepaalde
sub
25'
van
genoemd
tarief.
De
nieuwe
kaart,
welke
by
de
verlenging
wordt
afgegeven,
zal
geldig
zyn
voor
dezelfde
lynen
als
de
kaart,
welke
wordt
teruggeven.
3°
elke
houder
van
een
abonnements-
kaart,
afgegeven
volgens
het
tegenwoordige
tarief,
zal
in
1911
het
recht
hebben
die
kaart
in
te
wisselen
tegen
een
kaart,
als
boven
bedoeld
sub
1
a,
b
of
c.
Daarby
zal
de
gelds
waarde
van
de
terug
te
geven
kaart
in
mindering
worden
gebracht
van
den
prys
van
de
verlangde
abonnements-
kaart.
Deze
geldswaarde
zal
zyn
de
prys,
betaald
voor
de
kaart,
verminderd
met
den
prys,
welke
voor
een
soortgelyke
kaart
over
de
verstreken
maanden
versehuldigd
zou
zyn
geweest.
1°
Voorbeeld
:
lemand
heeft
een
abon-
nementskaart
2e
klasse
voor
groep
la
der
S.S.
geldig
van
1
Juli
1910
tot
1
Juii
1911,
en
wenscht
deze
op
1
Januari
1911
in
te
wisselen
tegen
een
algemeene
abon-
nementskaart
2e
klasse
voor
9
maanden.
Hy
heeft
voor
zyn
groepenkaart
betaald
f
220.
De
prys,
voor
een
soortgelijke
kaart
over
de
verstreken
6
maanden
(1
Juli
1910
tot
en
met
31
December
1910)
versehul
digd,
zou
hebben
bedragen
f138,
zoodat
de
waarde
van
de
groepenkaart
op
1
Janu
ari
1911
nog
bedraagt
f
220
—
f
138
is
f
82.
Dit
bedrag
van
f
82
wordt
in
mindering
gebracht
van
den
prys
van
de
verlangde
algemeene
abonnementskaart
ad
f278,
zoo
dat
nog
moet
betaald
worden
f278
—
f82
is
f
196.
2®
Voorbeeld
:
lemand
heeft
een
abon
nementskaart
2e
klasse
voor
groep
la,
der
S.S.
geldig
van
1
Maart
1910
tot
1
Maart
1911,
en
wenscht
deze
op
1
Januari
1911
in
te
wisselen
tegen
een
algemeene
abon
nementskaart.
Hy
heeft
voor
zgn
groepenkaart
betaald
f220,
De
prys
voor
een
soortgelyke
kaart
over
de
verstreken
10
maanden
(1
Maart
1910
tot
en
met
31
December
1910)
ver
sehuldigd,
zou
eveneens
f220
hebben
be
dragen,
zoodat
de
geldswaarde
op
1
Januari
1911
nog
bedraagt
f
220
—
f220
is
fO,
zoodat
niets
in
mindering
kan
worden
ge
bracht
en
voor
de
verlangde
algemeene
abonnementskaart
de
voile
prys
is
te
be-
talen.
Landbouw-Kroniek.
iofzan?
op
kali.
Naar
aanleiding
van
de
gratis-kunstmest-
reclame,
die
de
kranten,
misschien
onwetend,
maken,
door
geregeld
sterk
uitgesproken
reclame
artikelen
van
betaal-
de
propagandisten
(van
het
kaly-syndicaat
in
de
eerste
plaats)
in
hare
kolommen
op
te
nemen
:
Kali
zingt
haast
iedere
krant
In
ons
lieve
Vaderland
Zonder
kali,
heet
't
daar
Stond
het
met
den
landbouw
naar
Kali
geeft
een
wonder
kracht,
Oogsten,
menschen,
't
is
een
pracht;
Mangels
—
trekt
maar
uit
den
grond;
Piepers
—
honderdduizend
pond
;
Haver,
rogge,
gerst
—
als
riet
Met
korrels,
als
je
nergens
ziet.
De
appelboom
staat
jaar
op
jaar
Met
mudden
gave
vruchten
klaar;
En
kers
en
pruim,
't
is
zeker
waar
—
De
tak
breekt
af
—
van
ooft
te
zwaar
Pramboos
en
bes,
't
is
heusch
een
pracht;
De
kali
gaf
die
ryke
dracht.
Ook
groenten
wassen
wonderbaar
De
markt
wordt
overstelpt
zoo
waar!
Het
gras
groeit
hoog,
geeft
massa's
hooi,
De
weide
lykt
wel
eens
zoo
mooi,
Het
vee
krygt
botten,
zwaar
ea
sterk,
De
paarden
doen
veel
beter
werk,
Het
varken
wordt
niet
kreupel
meer,
De
kippen
leggen
vroeger
weer.
En't
schaap,
dat
gras
van
kali
eet
't
Is
zeker
haast,
dat
'tkwartjes
zweet,
De
vorst
verdraagt
het
koren
best
Als
't
land
met
kali
is
bemest.
den
afgeloopen
nacht.
U
moet
mee
naar't
bureau."
,;Moet
ik
mee?
Waarom?"
«y
moet
in
verhoor
genomen
worden;
ik
hoop,
dat
het
beter
afloopt
voor
u,
dan
er
nu
in
te
zien
is."
Beter
afloopt?
Zoo
erg
is
het
niet!"
uToch
wel
I
Wij
moeten
u
arresteeren,
de
man
is
dood!«
»Arresteeren
?
Dood
?"
-
Johannes
ver-
schrikte,
zonder
nochtans
ernstig
te
denken
aan
hetgeen
volgen
zou.
,;Maak
u
maar
niet
ongerust!
Het
was
uit
noodweer,
dus....."
„lk
weet
nergens
van!
Wie
is
er
dan
dood
?
Ik
heb
het
toch
niet
gedaan.
'
Ik
zag
die
kerels
wegloopen,
vier
mannen
waren
het!
Zij
vielen
over
me,
kijk
eens
hier!"
En
hij
liet
de
bloedige
buil
aan
zijn
hoofd
zien.
„Kom
maar
mee,
mijnheer
Burgman;
-
daar
kan
u
later
wel
over
spreken.
Het
is
een
miserabele
zaak,
dat
de
kerel
dood
is!"
Het
was,
of
Johannes'
hoofd
zou
bersten;
met
beide
handen
hield
hij
het
vast.
wGroote
God
!
Is
hij
dood
?
Ik
heb
het
niet
gedaan!"
riep
hij
buiten
zich-zelven,
en
teikens
herhaalde
hij;
«Ik
heb
het
niet
ge
daan."
„Natuurlijk,
niet
met
opzet!
In
zeker
op
zicht
is
het
een
geluk,
dat
u
zwaar
beschon-
ken
was!«
«Ik
was
niet
dronken.
Ik
weet
heel
goed...."
„Dan
kan
ik
u
niet
helpen.
En
kom
nu
maar
mee,
dat
is
op
het
oogenblik
de
hoofd-
zaak!"
sprak
de
politie-agent
boos,
daar
hij
zijn
goede
bedoeling
zoo
geheel
verkeerd
zag
opvatten.
,/Over
de
openbare
straat
?"
vroeg
Johan
nes
met
schrik.
„Met
u
mee?
Maar
ik
be-
zweer
u,
dat
ik
"
ija,
dat
helpt
niet,
vooruit
maar!"
klonk
het
scherp.
In
zijn
verwarring
dacht
hij
er
niet
aan
een
rijtuig
te
nemen.
Zoo
legde
hij
dan
den
langen
weg
naar
het
politiebureau
te
voet
af.
Bijna
krank-
zmnig
van
angst,
dacht
Johannes,
dat
het
onmogelijk
waar
kon
wezen.
Bij
mijnheer
Aalders
was
de
ontsteltenis
niet
minder
groot,
toen
men
het
gebeurde
vernam.
Eerst
deed
Marie
niets
dan'
klagen
en
weenen,
later
veranderde
haar
droefenis
in
tdorn.
De
eerlooze
vent!
Haar
zulk
een
schande
aan
te
doen!
Zij
zou
met
hem
getrouwd
zijn,
zeiden
de
menschen.
Maar
de
Hemel
beware
haar!
Hij
had
wel
moeite
om
haar
pdaan,
en
haar
papa
had
aan
hem
een
goeden
knecht,
en
om
deze
reden
moest
zij
hem
wel
voorkomend
behandelen,
nu
haar
papa
zelf
met
kon
meewerken;
—
maar
met
hem
trou-
wen
?
Met
hem
?
Neen,
ze
had
er
zelfs
niet
aan
gedacht.
Den
ganschen
dag
had
mijnheer
Aalders
A
koopers.
Terwijl
mijnheer
Aalders
met
droefenis
verzekerde,
dat
Burg
man
een
brave
kerel
was,
die
nooit
twisrte,